In the fall of 2012 Rotterdam-based designer Guido Marsille was resident at the Atelier at the Middendijk in Groningen, the rural and northernmost part of the Netherlands. Marsille researched local building types and interior styles in the province. Through a stylistic survey he revealed how a slow but definite change has taken place towards a rural society, which has become more stylistic flexible and is divided into groups of like-minded people who are au fait with urban developments.
( C. Ernsten )
1. een eigentijdse stijlkamer in groningen
1
project
een Eigentijdse
Stijlkamer in
Groningen
Atelier aan de Middendijk
Guido Marsille
Christian Ernsten
Dirk-Jan Visser
2. het huiseen eigentijdse stijlkamer in groningen
Op weg naar het Atelier aan de
Middendijk rijd je van Usquert naar
de Noordpolder. Het voelt alsof je
figureert in een David Lynch film:
na een eindeloze weg verdwijn je in
een gaatje in de dijk.
Het Atelier is een klein boerderijtje
aan de zeekant van de dijk. De over
tuigingen en levenswijze van de vorige
bewoner prikkelden onze fantasie.
Deze bioloog probeerde energie-arm
te leven. De man verheerlijkte het
zigeunerleven en hij wilde alles met
zijn eigen handen maken. Hij leef-
de traag aan de Middendijk, zonder
keuken, zonder wc en zonder auto.
Hij herbouwde het huis en creëerde
een biotoop voor slakken in de Noord-
polder, weg van het consumentisme,
weg van dagelijkse sleur en weg van
verslavende prikkels.
In de eerste fase van het heront-
werp en de verbouwing van het huis,
zochten we naar manieren om zijn
waarden en ideeen over te dragen.
Wat is echt energie-arm bouwen
bijvoorbeeld?
Via buren en kennissen ontdekten we
dat het hippe ‘cradle to cradle’ ont-
werpen – oftewel, hergebruik – al eeu-
wen een gewoonte is in het Groningse.
Het is een traditie die de specifieke
lokale architectuur van huizen en de
ontwerp van de interieurs tot gevolg
had. Het is ingegeven door de men-
selijke maat, en gestoeld op kennis
van materialen en het ambachtelijke
werken. Dit werd een startpunt voor
de verbouwing van het eerste vertrek:
de badkamer.
Ontwerper Guido Marsille was de eer-
ste artist-in-residence in het Atelier
aan de Middendijk. Hij gaf Gronings
erfgoed een moderne vertaling en
stelde vragen. Hoe kan het project een
spiegel zijn van eigentijdse gewoontes
op het platteland?
In het najaar van 2012 was Marsille
gezel van houtbewerker Harry
Aalberts en bestudeerde ondertussen
pre-industriële bouw- en ontwerp-
technieken. De ontwerper vroeg: Is
het huishouden aan het begin van
de 21ste eeuw nog méér dan een
persoonlijke verzameling van acces-
soires in combinatie met een verhaal?
Kan je een huiskamer lezen als het
geheugen van het alledaagse leven
en als een etalage van het individu
of het collectief?
Samen met Dirk-Jan Visser en
Christian Ernsten ontwierp hij – met
de bovenstaande vragen in het hoofd
– de tentoonstelling Thuis: Huiskamers
van het Hoogeland. In het Atelier aan
de Middendijk, in de badkamer, poog-
de Marsille een Groninger identiteit
in interieurstijl te vatten.
Marsille aan
de Middendijk
De Stijlkamer
/ Het huis
een eigentijdse stijlkamer in groningenhet huis
32
3. De expositieeen eigentijdse stijlkamer in groningen een eigentijdse stijlkamer in groningende expositie
Het landelijke snelwegpanorama is
een sterk beeld. Het roept bij velen de
romantiek van het pastorale op. In dit
beeld past het idyllische boerderijtje in
Groningen; als een plek in natuurlijke
rust. Je werkt met je handen, oefent
een ambacht uit. Af en toe wandel
je door het kleine dorp met kerk en
molen. En ontmoet dan je buren;
leden van een kleine gemeenschap
waar duidelijke waarden en normen
nog gelden. Een fantastische plek die
wordt herontdekt door de stedeling.
In het verlengde ligt de trendy lum-
berjack mode, de architectuur van
boerenkeukens in Amsterdamse
herenhuizen. En de bijzondere interes-
se in stadslandbouw en 100% biolo-
gisch lokaal geproduceerd voedsel,
het past naadloos bij dit plaatje. Het
is een geïdealiseerd landelijk leven
zoals we het kennen uit de magazines.
De realiteit is anders
Hoewel het ontwerpers-oog talloze
verschillen ziet tussen stad en plat-
teland – bijvoorbeeld hyperrationele
bouw op het platteland versus hyper
frivole stijlen in de stad – vloeien de
gebieden in toenemende mate in
elkaar over. In een korte periode van
30 jaar is de betekenis van ‘lokaal’
drastisch getransformeerd. Wonen
op het platteland is ondertussen even
eclectisch en divers als in de stad.
Delen van het platteland kennen zeer
gemengde functies; weinigen zijn nog
fulltime boer. Steeds meer platte-
landsbewoners hebben beroepen als
yogaleraar, kinderboekenschrijver en
consultant. Andere landbouwregio’s
worden juist als hyperrationele en
monoculturele gebieden ingericht.
Productiegebieden die even goed
pootaardappelen, datahotels als
windmolenparken kunnen huisvesten.
Die gebieden zijn te beschouwen als
een erfenis van voormalig Europees
commissaris Sicco Mansholt.
Niet verrassend; het internet heeft in
het plattelandsleven een zeer centra-
le positie. Ruimtelijke afstand wordt
tenietgedaan en sociale, economische
en culturele verschillen worden net als
elders zeer snel overbrugd. Erfgoed-
beheer is een laatste troefkaart om
lokale architectuur en taal te behou-
den. Vaak met het argument om
toeristen te kunnen blijven trekken.
En zo verwordt de romantische platte-
landsidentiteit tot een commercieel
product. Het dorp is een verstedelijkte
suburb op rijafstand van de stad of
een openluchtmuseum van het leven
van weleer. En ondertussen wordt
de productiekwaliteit van het land
maximaal uitgebuit. De dorpeling is
een wereldburger: soms een liefheb-
ber, soms een figurant en dan weer
de belangrijkste protagonist in de
ontwikkeling van het platteland.
Het romantische plattelandsleven en
het hyperrationele boerenbedrijf zijn
te vinden in hetzelfde gebied, maar
lijken elkaar tegen te spreken elkaar
tegen. Hier schuilt dus de kans of
uitdaging: hoe wordt de agrarische
technologie verbonden met de plat-
telandsbeleving, waar komen het
rationele en het romantische verhaal
samen?
Wij zien – bijvoorbeeld – in de Groning-
se Borgen een plek om die verbinding
te herstellen: een markt waar burgers,
boeren en buitenlui samenkomen om
producten en verhalen te delen. De
borg als plek waar het nu gebeurd, in
plaats van de plek waar alleen nog
achteruit gekeken kan worden. 1
1
Op basis van de lezingen van Siebe Rossel,
Petran Kockelkoren en Stephan Petermann
in het Atelier aan de Middendijk op 1 en
15 juni 2013.
Tussen productiegebied
en museumland
een manifest van de makers
tHuis. huiskamers
van het hoogeland
/ de expositie
54
4. ateliereen eigentijdse stijlkamer in groningen een eigentijdse stijlkamer in groningenatelier
76
Atelier aan
de middendijk
/ onderzoek ‘Ja, dat was een feestelijk dag.
En een fijne dag voor iedereen die
bij het project was betrokken’.
Ontwerper Guido Marsille kijkt naar
de uitnodiging van de opening van zijn
tentoonstelling Thuis, die 23 maart
2013 plaatsvond. Inmiddels is het
23 juni en zitten we in het Atelier aan
de Middendijk, waar hard aan de
keuken wordt gewerkt. De badkamer,
het project van Guido, is zo goed als
af. Alleen het houten bad heeft nog
wat nazorg nodig.
Tijdens een kop koffie reflecteert
hij op het afgelopen jaar.
‘Je duikt in korte tijd ergens heel
diep in, dat is het interessante aan
een residency. De opdracht was om
een badkamer te bouwen, maar veel
interessanter vond ik natuurlijk de
regio, het Hoogeland, en de geschie-
denis van het huis aan de Midden-
dijk. Ik heb geprobeerd de omgeving
naar binnen te trekken, via stages
en contacten met allerhande men-
sen zijn verhalen en materialen van
het Hoogeland in het Atelier terecht
gekomen.’
De badkamer is tegelijk woonkamer.
Hoe kwam je tot die beslissing?
‘Ik begon met het denken over de
functie van een badkamer in het
Atelier. En constateerde dat het
eigenlijk zonde is als je alleen ’s och-
tends en ’s avonds in die ruimte zou
zijn. De ruimte ligt namelijk prachtig
aan de tuin, met vaak mooie lichtin-
val. Zo bedacht ik dat de badkamer
naast de wasfunctie ook geestelijke
verzorging kon bieden. En ontwierp
een ruimte om in te wonen en bad-
deren. Het kamertje heeft meubilair,
waarin de badkamer verstopt zit; de
douche zit in de servieskast, de bank
is een bad, en in de buffetkast zit een
wasbak.’
Je vond– naast de functionele
ontwerpvraag – vooral de omgeving
interessant. Hoe heb je hier in
tijdens jouw residency-periode
handen en voeten aan gegeven?
‘Door met veel mensen een samen-
werking aan te gaan. Via een stage
bij timmerman Harry Aalberts ben ik
bijvoorbeeld in contact gekomen met
diverse hout- en timmertechnieken
en bouwkunst uit de regio. En door
gesprekken met antiekhandelaar Erik
Boerma of sloper Jan Pruim leerde ik
weer allerhande andere zaken. Voor
de tentoonstelling in het Hoogeland
Museum werkten we samen met
museumdirecteur Stijn van Genuch-
ten, en interviewden we een tiental
mensen over wonen en leven op het
Groningse platteland. De tentoon-
stelling kwam in nauwe samenwer-
king met de initiatiefnemers van het
Atelier tot stand, en juist in de opstart
van het badkamertraject hebben we
veel informatie en verhalen over de
omgeving gezocht en gedeeld.’
Wat was de reden om de opdracht
aan te nemen, toen de initiatief
nemers jou vroegen?
‘Ik was er op uit om iets te ontdek-
ken. Van een eerdere residency-
periode weet ik hoe fijn het is om je
te verdiepen; om eens goed de tijd te
nemen om buiten mijn eigen gebaan-
de paden te kijken. En de verbinding
tussen het platteland en de Randstad
vond en vind ik heel interessant. Het
Hoogeland staat in contrast met mijn
dagelijkse praktijk; een langzamer
dynamiek, een hogere vorm concen-
tratie. Het valt mij in Rotterdam vaak
lastig om me aan de stedelijke dyna-
miek te onttrekken. Ik zie het trou-
wens meer om me heen: makers die
naar het platteland trekken.’
Hoe heb je het traject ervaren?
‘Aan het begin lag letterlijk alles open,
het huis had geen water, licht of enig
ander comfort. Er werd voorzichtig
met het verbouwen gestart, er werd
samen gezocht naar de juiste inrich-
ting en juiste vormen. Wat ik heel
gaaf vond, is dat tijdens de gesprek-
ken met de mensen van het Atelier
de ideeën op enig moment kantelden
naar de actie: de ideeën om samen
te gaan werken met museum en
vaklui uit de regio werden werkelijk
gerealiseerd. Soms was het ingewik-
keld om in een on-af-huis te werken,
erg onrustig. De keuken is bijvoorbeeld
drie keer verplaatst tijdens het tra-
ject. Voor mij is de plek ideaal om te
mijmeren, om contemplatief bezig
te zijn. Maar de verbouwing vraagt
aan de andere kant ook steeds om
actie: het huis moet af.’
Zat de geschiedenis van de vorige
bewoner in jouw hoofd?
‘Ja, zeker in de beginperiode heb ik
regelmatig aan Jos Nienhuis gedacht.
Hij leefde hier dertig jaar; uiterst
sober, zonder elektriciteit bijvoorbeeld,
en zonder stromend water. Wat ik
beleefde in de tuin en het huis, en hoe
hij al die tijd aan deze plek gewerkt
heeft, dat zat vanaf het begin op een
goede manier in m’n hoofd. Ik had er
respect voor. Hij creëerde een eigen
wereld, met z’n eigen handen. Hij
heeft de confrontatie met zichzelf
en de buitenwereld opgezocht, dat
vind ik fascinerend. Hij heeft zich-
zelf ergens ingestort en zich weinig
van de omgeving aangetrokken. Het
moet hem ook overweldigd hebben,
af en toe te groot hebben gevoeld.
Ik kan me voorstellen dat het op een
gegeven moment op was. Dat hij eruit
groeide, dat hij weer weg wilde.’
En wat volgt er nu? Wat heeft de
ervaring en het project jou gebracht?
‘Nou, er zijn meerdere lijnen getrok-
ken. Ik ga vaker op het Hoogeland zijn,
om ontwerp- of timmeropdrachten
hier uit te voeren. Bij Harry Aalberts
wordt nu regelmatig hout gezaagd
voor de meubels die ik maak. En met
Erik Boerma willen we op kleine schaal
nieuwe en oude meubels ontwerpen
en maken. Door de ervaring hier weet
ik nog zekerder dat ik meer met de
hand wil doen: het pre-industriële
ambacht combineren met wat we
nu allemaal met nieuwe technieken
kunnen. En daarover wil ik verhalen
gaan vertellen. De periode aan de
Middendijk heeft me een heel nieuw
palet aan verhalen en werkwijzes
gegeven. Alsof ik vanuit een frisse
basis denk, en daarmee sprongen
kan maken’.
Plotseling richt Guido zich op.
‘Zullen we nu een plens water
in het bad gooien?’
De Rurale Resident
een interview met Guido Marsille
5. Colofon
Redactie
Christian Ernsten
Guido Marsille
Thijs Middeldorp
Olivia Somsen
Ontwerp
PutGootink
Fotografie
Frank Hanswijk
Dirk-Jan Visser
De Eigentijdse Groninger
Stijlkamer is een project
van Christian Ernsten,
Guido Marsille en Dirk-Jan
Visser
Thuis. Huiskamers van het
Hoogeland is een initiatief
van Atelier aan de Middendijk
en Openluchtmuseum het
Hoogeland
Partners
Boerma’s Antiekhoeve en
Aalberts Hout
Bijzondere dank aan
Yu-Lan van Alphen
Harry Aalberts
Willianne Bakker
Arthur van Beek
Jannet Benthem
Vera Berger
Gerben Blom
Anneke A. De Boer
Auke Jan de Boer
Erik & Erika Boerma
John Bold
Patrick Boon
Greetje & Colin Bos
Rutger Brood
Peter van der Burg
Hans Maarten Dagelet
Johan van Dam
Magda Domagala
Arjen Edzes
Koen Elzerman
Marcel Ensing
Adriaan Ernsten
Ina Ernsten
Christiaan Fruneaux
Augusta Galens
Jan Dirk Gardenier
Colin Gehrmann
Bert Gerlofs
Stijn van Genuchten
Henriette de Goei
Michelle Q Hamers
Jasper Harlaar
Harrie van Ham
Henk Helmantel
Anne Hildrink
Tjarko & Ginnie Ibbens
Joost Janmaat
Folke Janssen
Karolien Janssen
Lisa Jochems
Remmelt de Jong
Cindy en Arjen de Jonge
Erik Jutten
Kinderen van groep 1 en 2,
Basisschool De Burcht
Lysander Klinkenberg
Ewout Kauw
Thijs Koster
Ivo Lochtenberg
Arthur Marek
Harrie van Mens
Suzan van Mens
Thijs Middeldorp
Pieter Middeldorp
Richard Middeldorp
Corine Molenaar
Jos Nienhuis
Harrie, Rene & Martijn Olinga
Anne Ording
Chiel & Janneke Ording
Provinciale Groningse Oud-
heidkundige Commissie
Reem Saouma
Familie Scheers
Vincent Schipper
Olivia Somsen
Frederick Schultz Ostermann
Erik Terlouw
Edwin Tiben
Harrie Tiekstra
Jan Roel Timmer
Martijn van Tol
Tico Top
Arjen Tromp
Bern Tromp
Koert Tromp
Hans Vermeulen
Alex Visser
Grietje Visser
Jan Visser
Simon Visser
Gerrit de Vries
Judith de Vries
Rowan de Vries
Erhard van der Vries
Ida Wieringa
Erik Wong
Jo & Debora van Zeebroeck
Grafische vormgeving
tentoonstelling
Boudewijn van Diepen
Mede dankzij door
J.B. Scholtenfonds &
H.S. Kammingafonds &
Leader Hoogeland/Provincie
Groningen, RWE Cultuurfonds,
Prins Bernhard Cultuurfonds,
RWE Cultuurfonds,
Stichting Doen, Partizan Publik
en Stimuleringsfonds van de
Creatieve Industrie.
8
ateliereen eigentijdse stijlkamer in groningen
jbs&hsk Fonds