Impressie van een eerste jaar Juweelontwerp....
Jelissa Alfaro Ponce, bachelor 1 studente aan de afstudeerrichting Juweelontwerp|Edelsmeedkunst van Sint Lucas Antwerpen maakte een prachtig pecha kucha verslag over haar eerste jaar op de afdeling !
1. Jelissa Alfaro Ponce
bachelor 1 studenteaan de afstudeerrichting
Juweelontwerp|Edelsmeedkunst
van Sint Lucas Antwerpen
maakteeenprachtigpechakuchaverslag
over haareerstejaar op de afdeling
2. Dit is wie ik ben. 50% van de tijd slaapt mijn rede en dat is waarom mijn werk is hoe het is en waarom
mijn interesses zijn wat ze zijn. 50% van de tijd ben ik ergens anders dan waar ik normaal hoor te zijn.
Ik zeg dit niet om mij speciaal te voelen, nee, ik voel mij gewoon zo. Het kan me niet schelen of ik
speciaal of niet speciaal ben, ik ben wie ik ben.
3. ?
Ik keek er naar uit om dingen te beginnen maken en dan plots word ik ondergedompeld in een
bad van vervreemding. Ik kreeg zo veel informatie tegelijk in mijn hoofd geduwd dat ik niet meer
wist of ik wel bestond.
4. Ik had geen idee wat mij overkwam toen we de eerste dag al naar Nijmegen gingen. Ik voelde mij
afgezonderd en raar. Ik moest heel veel info verwerken op hetzelfde moment en wist niet waar ik
met mezelf moest blijven. Ik werd overdonderd en voelde mij niet zo goed in de groep.
5. Ik was zo bang om naar Amsterdam te gaan. Ik had al heimwee voor we vertrokken. Ik kende niemand
en dan moest ik nog eens met genoeg mensen voor een hele week op een boot leven ergens anders
dan waar ik het gewoon ben. Maar met een goed middeltje tegen de stress en onrust vond ik het nog
wel leuk toen we op de boot aankwamen en vond het ook heel gezellig (waarschijnlijk door het
middel) - de anderen zullen het ook wel gemerkt hebben aan mij.
6. De opdracht na Amsterdam i.v.m. het souvenir verliep heel stroef en dan ontdekte ik ook dat het wel
al een tijdje geleden was dat ik nog iets écht gemaakt had. Tekenen is iets helemaal anders dan iets
maken dat langs alle kanten bekeken kan worden. Bij die opdracht voelde het alsof je wil lopen maar
je kan niet lopen - zoals in een droom. Je wil wel maar kan niet.
7. Maar dan met het ‘catwalk-sieraad’ ontdekte ik plots weer wat ik kan en hoe ik iets dat in mijn hoofd zit succesvol
een plaats in de wereld kan geven. Ik voelde terug wat mijn handen konden maken voor mij.
8. Dan met het feedbackmoment in december was het voor iedereen stress en drukte maar ik moet mezelf
altijd kalm houden, dat is gezonder voor mezelf als voor de rest, als voor je werk. Gewoon kalm blijven en
alles even over je heen laten gaan. Alle kritiek die je krijgt relativeren en er iets mee doen. Het is niet
nodig om je druk te maken want het verslechtert de dingen alleen maar. Je hebt er geen voordelen aan.
9. Dan na het feedbackmoment en de examens was het tijd om aan een nieuw stuk te beginnen.
Door een nieuwe opdracht begon ik verder te denken en te zoeken en in het begin blijf je
zoeken en zoeken zonder enig flauw idee.
10. Door het blijven zoeken kom je tot de conclusie of het besef dat het een eindeloze zoektocht is.
In een hoofd is er geen einde want als je denkt aan de ruimte en hoe eindeloos die is en dat er
nog meer eindeloosheid is na het eindeloos zijn dan… Voor mij is het belangrijk dat een mens
dat beseft. Net zoals die mens die dat dan beseft ook moet beseffen dat er mensen zijn die wel
een einde hebben in hun hoofd. Een soort muur of niets na wat het dagelijkse leven is.
11. Na dat beseffen en al dat denken en doen zag ik het bos door de bomen niet meer. Ik was het even kwijt en
had geen motivatie meer. Dat was na het eerste lucifersnoer. Ik had echt geen idee meer wat ik kon doen of
moest doen.
12. Op zo’n momenten vraag je je af wat je eraan kan doen en hoe dat komt. Maar het komt er dan op neer dat
een mens eigenlijk gelijk is aan een zwarte Rubiks kubus. Je kan jezelf zoveel draaien en keren als je wil maar
je zal jezelf niet kunnen oplossen omdat je niet zomaar kan stoppen met aan iets te denken. Voor het brein
van de mens bestaan er geen oplossingen.
13. Blijf Kalm.
Onder welke omstandigheden dan ook, ik moet kalm blijven. Wat andere mensen ook zeggen of
doen of willen van mij, ik moet vooral rustig blijven. Ik moet als individu dat niet meteen goed
functioneert in een groep kalm blijven en me niet te veel blootstellen aan andere impulsen.
14. ES
En toen vond ik het. De beenderen die ik gebruikte om een ketting mee te maken zijn perfect voor mij.
Het was liefde op het eerste gezicht. De voeling die ik ermee had, die verwantschap. Voor mij was het
gewoon het juiste materiaal op het juiste moment. En ik ben meer dan blij met het resultaat. Het es
waar ik zo’n interesse voor toon kwam plots terug en verbond mij terug met mijn werk.
15. Door die beenderenketting voelde ik me terug verwant. De werken die ik vanaf dat moment maakte waren als
van hetzelfde bloed. Ze hadden kenmerken van mij en deelden er ook met elkaar.
16. Door die verbintenis te voelen en te voelen dat ik mij bijna compleet voelde bij die beenderen, besefte ik
ook dat het mijn creaties zijn en dat ik een soort van moedergevoel over mijn creaties heb. Het zijn mijn
dingen en alles van energie en gedachten dat er in zit is van mij.
17. Ik begin te voelen dat het einde van het academiejaar nadert en dat ik wel een beetje uitgeput ben. Mensen staan
er niet bij stil dat als je een heel academiejaar bezig bent met dingen te maken en uit je handen te laten komen
dat je dan even stil moet staan bij de dingen. Laten we zeggen dat er een soort van tsunami waarschuwing afgaat
in mijn hoofd. Het is eventjes genoeg geweest.
18. Wat ik dit jaar wel heb geleerd door mijn werk is dat ik een soort van ondergrondse wereld heb in mijn
hoofd. En tot nu toe is die ondergronds gebleven maar de infrastructuur daarvan is wel al een klein beetje
meer uitgebreid.
19. ik kan het misschien nog beter voorstellen door te zeggen dat ik bedoeld ben om iets groots
te zijn maar dat ik slechts weinig van de funderingen heb gelegd. Maar voor mijzelf vind ik
het wel al veelbelovende funderingen.
20. Mijn uiteindelijke doel is om alles wat ik maak iets autonooms te geven. Dat als iemand kijkt naar wat ik
maak, hij of zij iets voelt. Dat het sieraad of object een leven op zichzelf leidt binnenin mijn wereld of
zo. Dat mijn ogen en mijn kijk op alles in dat werk zit.