Presentatie van Heidi Paesen (Leuvens Instituut voor Criminologie KULeuven- LINC) - Socius-studiedag 'Partnerships met de profit: ethische kwesties' (27 oktober 2016)
Ontwikkelen van een integriteitsbeleid (Heidi Paesen)
1. Integriteit en integriteitsbeleid
Jeroen Maesschalck
Leuvens Instituut voor Criminologie
KU Leuven
Jeroen.Maesschalck@kuleuven.be
27 oktober 2016
Heidi Paesen
Leuvens Instituut voor Criminologie
KU Leuven
Heidi.Paesen@kuleuven.be
2. Definities
• Ethiek = algemeen aanvaarde waarden en normen die
richtinggevend zijn voor het dagelijks handelen
• Integer handelen = handelen in overeenstemming met
algemeen aanvaarde waarden en normen
Bv.: loyaliteit, objectiviteit, onkreukbaarheid, openheid, zorgvuldigheid,..
Is meer dan het vermijden van fraude en corruptie
• Integriteitsbeleid = geheel van beleidsinstrumenten dat erop
gericht is de integriteit van de organisatie in haar geheel en het
integer handelen van individuele medewerkers afzonderlijk te
bevorderen.
3. Twee benaderingen van integriteitsbeleid
De “controlerende” benadering
• Onethisch gedrag voorkomen
• Pessimistisch mensbeeld
• Nadruk op controle:
formele regels die specificeren
wat medewerkers moeten
vermijden
• Typische instrumenten:
– wetgeving
– strikte gedragscodes
– strikte procedures
De “stimulerende” benadering
• Ethisch gedrag stimuleren
• Optimistisch mensbeeld
• Nadruk op ondersteunen:
oordeelsvermogen aanscherpen,
medewerkers ondersteunen in
het omgaan met dilemma’s
• Typische instrumenten:
– workshops, trainingssessies
– ambitieuze ethische codes
– individuele begeleiding
4. Beide benaderingen zijn nodig
• Ze vullen elkaar aan en compenseren voor elkaars
beperkingen
• Integriteitsbeleid heeft verschillende doelstellingen
– Controlerende benadering helpt bij voorkomen
integriteitsschendingen
– Stimulerende benadering helpt bij ondersteunen in het
omgaan met ethische dilemma’s
– MAAR
• De stimulerende benadering kan ook helpen om zware
integriteitsschendingen te voorkomen
– Cf. link gepercipieerde rechtvaardigheid - integriteitsschendingen
• De controlerende benadering kan ook steun bieden in het omgaan
met ethische dilemmma’s
5. Mogelijke barrières tegen een
integriteitsbeleid
• “Er zijn nauwelijks integriteitsproblemen in onze
organisatie”
– Kan men alleen weten door goed detectiesysteem
– Er zijn ethische dilemma’s in elke organisatie
• “De medewerkers zullen zich aangevallen voelen”
– Vermijden door de stimulerende, ondersteunende
dimensie van integriteitsbeleid te benadrukken
6. “Integrity management framework”
• Instrumenten
– Bepalen en definiëren van integriteit
• Vb. Risicoanalyses, dilemma-analyses, deontologische code,…
– Begeleiden naar integriteit
• Vb. Training, interne communicatie, ethisch leiderschap, coaching…
– Monitoren van integriteit
• Vb. Klokkenluidersregeling, actief zoeken naar schendingen,…
– Afdwingen van integriteit
• Vb. Informele sancties, tuchtrecht,…
• Ontwikkelingsproces
– Continu ontwikkelingsproces
• Plan, Do, Check, Adapt
– Eenmalige projecten
• Structuur/organisatie
– Verdelen van verantwoordelijkheid
– Coördinatie
7. Integrity management framework:
3 pillars and 2 layers
Instrumenten Processen Structuren
Kern Codes, regels, advies,
training, etc.
Continu
Ontwikkelingsproces
voor integriteit,
eenmalige projecten
voor integriteit, etc.
“Integriteitsactor”,
management
Periferie Integriteit als een
criterium in
personeelsselectie en
promotie,
Integriteitsaspecten
van aankoop, etc.
Processen in
personeelsbeleid,
aankoop,
kwaliteitsbeleid, etc.
Actoren in
personeelsbeleid,
aankoop,
kwaliteitsbeleid, etc.
8. 1a. integriteit bepalen
• Risicoanalyse
– Algemeen of van een specifiek beleid
• Bvb. aankoopbeleid
– Verschillende methoden
• BIOS (“Handboek integriteitsonderzoek”, Nederlands Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties)
– In kaart brengen van kwetsbaarheden
– In kaart brengen van de bestaande weerbaarheid
– Oordeel over de weerbaarheid van de organisatie tegen aantastingen van integriteit
– Voorstellen van aanpassingen
• SAINT (‘Self Assessment Integriteit’)
– Door middel van techniek ‘group decision room’ globaal inzicht in de integriteitsrisico’s van de
organisatie
• Risicoanalyse Vlaamse Overheid (https://www.bestuurszaken.be/integriteitsrisicoanalyse)
• Analyse van dilemma’s
• Consulteren van medewerkers en stakeholders
– Belangrijk, maar:
• Zij zouden niet het laatste woord mogen hebben
• Dit vereist tijd en geld
9. • Onderdelen van een code
– Missie
– Kernwaarden
– Normen en regels
• Enkele keuzes inzake een code
– Bindend of vrijblijvend?
– Algemeen (en kort) of specifiek (en lang)?
– Eigen code of overnemen van anderen?
• Mogelijke aanvullende codes
– Voor specifieke functies
– Voor specifieke materies (vb. spreekrecht, informatica,
geschenken, nevenactiviteiten)
1b. integriteit definiëren:
Deontologische code (1)
10. 1b. integriteit definiëren:
Deontologische code (2)
• Enkele richtlijnen bij het schrijven van een
code
– Duidelijk en leesbaar voor iedereen
– Zo eenvoudig mogelijk, maar niet te eenvoudig
– Vermijd lege generaliseringen
– Logische structuur
– Zuinig en consistent met begrippen
– Zoveel mogelijk kruisverwijzingen
– Hou rekening met de volgorde van de waarden
– Vergeet “legaliteit” of “rechtmatigheid” niet
11. 1b. integriteit definiëren:
Structurele maatregelen in de kern
• Een beleid inzake onverenigbaarheden
– Sensibiliseren
• Medewerkers sensibiliseren voor het belang van de problematiek (ook
voor henzelf)
• Instrumenten (bvb. Checklist) aanreiken opdat de medewerkers zelf
kunnen identificeren wanneer er mogelijk een probleem is
– Medewerkers moeten systematisch mogelijke probleemsituaties
rapporteren
• Een beleid inzake het aanvaarden van geschenken
– “Zero gift policy” niet wenselijk
– Flexibeler beleid, maar minimaal
• Geen enkele schijn van wederdienst
• Alle geschenken rapporteren aan leidinggevenden
• Specifieke structurele maatregelen
– Functiescheiding
– Functieroulatie
12. 1b. integriteit definiëren:
Structurele maatregelen in de periferie
• Personeelsbeleid
– Aandacht voor integriteit bij selectie, rekrutering en introductie
• Communicatie bij recruteringen
• Selectie-interviews
• Integriteitsmetingen
• Mentorship
• Eedaflegging
– Integriteit als punt bij functionerings- en evaluatiegesprekken
– Integriteit als competentie
– Meting van integriteit
• Aankoopbeleid
• Financieel beleid
• Informatiebeleid
• Kwaliteitsbeleid
13. 2. Stimuleren en sturen naar integriteit
• Eedaflegging, een integriteitsverklaring ondertekenen
• Ethisch leiderschap: drie belangrijke rollen
– Actief leiderschap inzake integriteitsbeleid
• Expliciete steun voor het integriteitsbeleid
• Bv. middelen vrijmaken voor integriteit, aandacht voor integriteit in
speeches
– “Moral manager”
• Inspanning leidinggevenden om integriteit bij anderen te bevorderen
• Bv. aanspreken op niet-integer gedrag, bespreking integriteit op
werkoverleg
– “Moral person”
• Persoonlijke eigenschappen leiddinggevende betreffende integriteit
• Bv. eerlijkheid, betrouwbaarheid
• ~ voorbeeldfunctie
14. 2. Stimuleren en sturen naar integriteit:
Vorming
• Dilemmatrainingen
– Vaardigheid medewerkers inoefenen om met ethische problemen om
te gaan
– Moeten interactief zijn
– Helpen om verder te gaan dan het juridische
• Andere trainingen in ethische besluitvorming
• Theoretische opleiding inzake deontologie, wetgeving
• Integriteit integreren in bestaande opleidingen
– Bvb. financieel beheer
• Trainingen in specifieke instrumenten van integriteitsbeleid
– Bvb. risicoanalyse, vertrouwenspersoon
15. 2. Stimuleren en sturen naar integriteit:
Integriteit integreren in het dagelijkse discours
– Het integriteitsbeleid aankondigen via externe
communicatie
• Vb. magazine, website, gerichte mailing, enz.
– Geregeld ethische dilemma’s en ethische
problemen ter sprake brengen in officiële interne
communicatie
• Vb. bedrijfsblad, intranet,…
– De discussies over integriteit institutionaliseren
• in stafvergaderingen
• In individuele interacties tussen chef en medewerker
– Een open communicatiecultuur creëren
16. 2. Stimuleren en sturen naar integriteit
• Coachen en adviseren naar integriteit
– Individuele coaches
• Goede recrutering en aangepaste training van de coaches is
cruciaal
– Een (semi-)onafhankelijk orgaan installeren
• Risico van deresponsabilisering
• Zorg ervoor dat het enkel in derde of vierde lijn wordt
geconsulteerd
• De rechtvaardigheid van het personeelsbeleid
beoordelen
– Gepercipieerde rechtvaardigheid is een cruciale variabele
in het verklaren van integriteit
17. 3. Monitoren van integriteit:
passieve monitoring
• Klokkenluidersregeling/meldingsregeling
– Doel: problemen oplossen alvorens ze een
schandaal worden
– Twee elementen:
• Rapporteringskanalen
– Bvb. Hiërarchische overste, vertrouwenspersonen, interne
audit, ombuds, integriteitsbureau,…
• Bescherming tegen represailles
– Niet het kernelement van een integriteitsbeleid,
maar wel een noodzakelijk vangnet
• Klachtensystemen voor burgers
18. • Actief zoeken naar individuele
integriteitsschendingen
– Dagelijkse supervisie door de chef
– Formele controlemechanismen (inspecties etc.)
– Early warning systems
• Integriteitsschendingen en ethische dilemma’s in
kaart brengen op organisationeel niveau
– Systematisch klachten registreren
– Het meten van integriteitsschendingen
– Informeel peilen naar ethische dilemma’s bij de
medewerkers
3. Monitoren van integriteit:
actieve monitoring
19. 4. Afdwingen van integriteit
• Informele sancties
– Gevolg van sociale controle of dagelijkse
supervisie
• Faire en aangepaste procedures voor
onderzoeken en sancties
• Aangepaste procedures voor interne en
externe communicatie over
integriteitsschendingen
– “rampenplan” communicatie over
integriteitsschendingen
20. Ontwikkelingsproces (1)
• Aandacht voor het proces is belangrijk
– Om het implementatiedeficit te overwinnen
– Opdat het integriteitsbeleid zou blijven bestan,
ook nadat het initiële enthousiasme is weggezakt
– Om te garanderen dat het integriteitsbeleid up-to-
date blijft
– Om coördinatie te versterken
• Volg Plan Do Check Adapt (PDCA)
21. • Voortdurend ontwikkelingsproces
– op het niveau van het algemene integriteitsbeleid
• Plan
– Recurrent integriteitsplan
• Do
– Gecoördineerde implementatie van instrumenten
• Check
– Recurrente evaluatie
– Integriteitssurveys: meten is weten
• Act
– Opvolging van de evaluaties
– Op het niveau van individuele instrumenten
• Eenmalige projecten
– Vb. Om een integriteitsbeleid te introduceren
– De volgorde is belangrijk!!
Ontwikkelingsproces (2)
22. Structuren: overzicht
Bepalen en
definiëren van
integriteit
Begeleiden
naar integriteit
Monitoren van
integriteit
Integriteit
afdwingen
Actoren in de
kern
Management +++ +++ +++ +++
“Integriteitsactoren” +++ +++ +++ +++
Actoren in de
periferie
Personeelsbeleid,
financieel
beleid, etc.
++ ++ ++ ++
23. Structuren
• Structurele verankering noodzakelijk
• Centraal én decentraal
1. Centrale aansturing
• Belang van coördinatie
2. Een netwerk van “integriteitsverantwoordelijken”
• “ambassadeurs” van het integriteitsbeleid in hun dienst:
stimuleren en ondersteunen de uitvoering van het
integriteitsbeleid
• “voelsprieten” van de centrale integriteitsdienst:
geven feedback over de uitvoering van het integriteitsbeleid
24. Besluit
1. Integriteitsbeleid moet meer zijn dan controle
• Niet alleen integriteitsschendingen voorkomen
• Ook ondersteunen in het omgaan met ethische dilemma’s
Nadruk op de stimulerende benadering
2. Integriteitsbeleid moet verder gaan dan holle retoriek
• Instrumenten moeten daadwerkelijk impact hebben op de werkvloer
3. Engagement van de top van de organisatie is cruciaal
• Expliciete steun voor het integriteitsbeleid
• Moral manager
• Moral person
26. Meer informatie
Heidi Paesen
Leuvens Instituut voor Criminologie (LINC)
Faculteit Rechtsgeleerdheid, K.U.Leuven
H. Hooverplein 10 Bus 3418
B-3000 Leuven
Heidi.Paesen@law.kuleuven.be
Tel: 016 32 98 20
Jeroen Maesschalck
Leuvens Instituut voor Criminologie (LINC)
Faculteit Rechtsgeleerdheid, K.U.Leuven
H. Hooverplein 10 Bus 3418
B-3000 Leuven
Jeroen.Maesschalck@law.kuleuven.be
Tel: 016 32 55 58
27. Meer informatie
• Het OESO-rapport: Maesschalck, J. & Bertok, J. (2009). Towards a sound integrity framework:
Instruments, processes, structures and conditions for implementation.
https://lirias.kuleuven.be/bitstream/123456789/209835/2/GOV-PGC+GF%282009%29-ENG.pdf
• Maesschalck, J. (2005). Een ambtelijk integriteitsbeleid in de Vlaamse overheid, 150 pp. Leuven:
Steunpunt Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen.
https://lirias.kuleuven.be/bitstream/123456789/93922/1/ambtelijk.pdf
• Maesschalck, J, (2013). Integriteit en integriteitsbeleid. In: Hondeghem, A., Van Dooren, W., De
Rynck, F., Verschuere, B. & Op de Beeck, S. (Eds.), Handboek Bestuurskunde: Brugge: Vanden
Broele, 395-421.
• Maesschalck, J. (2012). Kan een integriteitsbeleid in de politie werkelijk een verschil maken op de
werkvloer? Cahiers Politiestudies, 24, 111-129
• Maesschalck, J. (2012). Integriteitsbeleid. In: Hondeghem A., Platteau E., Praet C., Ruys C.,
Vandromme H. (Eds.), Personeelsbeleid in lokale besturen. Slimme besturen investeren in
menselijk kapitaal. Brugge: Vanden Broele, 379-397.
• Maesschalck, J. (2012). Integriteitstrainingen. In: van den Heuvel J., Huberts L., Muller E. (Eds.),
Integriteit: Integriteit en integriteitsbeleid in Nederland. Deventer: Kluwer, 325-347.
• De website ‘integriteit op het werk’: www.integriteitophetwerk.be
• De website van ‘Onderzoekslijn 6: Beleid en management in het criminologische domein’ van het
Leuvens Instituut voor Criminologie:
http://www.law.kuleuven.be/linc/onderzoek/onderzoekslijn6.html
• De Nederlandse website over integriteitsbeleid in de overheid: http://www.integriteitoverheid.nl