3. ECCE
De Gids
Met dank aan mevrouw mr F. van de
Vorst, beleidsmedewerker Economie
en Arbeidszaken, adviseur Creatieve
Industrie van de gemeente Eindhoven
en Brainport Development te
Eindhoven, welke Frye Concepts
opdracht hebben gegeven om on-
derzoek te verrichten naar de moge-
lijkheden van een omgeving waarin
de creatieve industrie kan groeien
in haar ondernemerschap en die
toegevoegde waarde kan genereren
door de behoefte van de gebruikers
in acht te nemen. De verbinding tus-
sen de creatieve industrie, met het
reguliere bedrijfsleven en de indus-
trie is in dit ondersoek het uitgangs-
punt.
Naast het inzichtelijk maken van de
economische waardeketen voor de
creatieve industrie zal de keten ook
ingevuld worden met partijen die
actief zijn in de creatieve industrie of
op enige wijze versterkend zijn aan
de creatieve industrie (services en
facilitaire diensten).
Het onderzoek is gebaseerd op
zowel praktische als analytische
feiten met een aanbeveling voor een
praktische oplossing van het vraag-
stuk. Het onderzoek is gedaan aan
de hand van literatuuronderzoek,
expert interviews en de uitkomsten
hiervan te combineren met eigen
praktijkervaringen en die van RTE
Adviesgroep te Tilburg.
Verder is er inhoudelijk bijgedra-
gen aan het onderzoek door Dona
Consult te Tilburg en Freshheads
te Tilburg, welke beiden vanuit hun
expertise over creatieve industrie en
online tools hun inzichten hebben
gedeeld over het vraagstuk van dit
onderzoek.
Het onderzoek is uitgevoerd in
het kader van het Europese Inter-
reg project ECCE en naast de
Gemeente Eindhoven zijn ook de
andere ECCE-partners in het project
betrokken: Nantes Metropole (F),
Stadt Aachen (D), Landeshaupt-
stadt Stuttgart (D), Birmingham City
Universtity (UK), Cultural Industries
Development Agency (CIDA) (UK),
Cardiff City Council (UK) en Dublin
City Council (I). Het onderzoek is
daarom vanuit Europees perspectief
uitgevoerd en zowel in het Neder-
lands als het Engels beschikbaar.
Eindhoven maart 2011
Frye Concepts
Elke Frye
Voorwoord
3
4. Samenvatting
De gemeente Eindhoven is in het
kader van het Europese Interreg pro-
ject ECCE op zoek naar een tool die
de waarde van de creatieve industrie
voor de economie kan versterken.
Er werd gedacht om de ‘Creative
Guide’ (een overzicht van crea-
tieve ondernemingen), aan te vullen
met de maakindustrie. Gaande dit
onderzoek kwamen we tot de con-
clusie dat deze aanvulling te mager
was om de creatieve ondernemer
verder te helpen in zijn ontwikke-
lingsproces. Het aanbod van huidige
beschikbare tools is te onoverzich-
telijk en voldoet niet aan de eisen
van de gebruiker. Het voorliggende
onderzoek geeft een praktische
handreikingom vraag en aanbod
in de reguliere en creatieve sector
bij elkaar te brengen en daarmee
innovatie en internationale samen-
werking te bevorderen. Aan de hand
van bestaand literatuuronderzoek,
praktijkervaring en gesprekken met
partners wordt in dit rapport invul-
ling gegeven aan de doelstelling:
Creating insight into the total eco-
nomic value-chain of the creative
industries and the rapid provision
of relevant, reliable and thematic
information to the creative sector to
stimulate cooperation, innovation,
crossovers and cross-fertilization.
De creatieve industrie onderscheidt
zich van de reguliere sector doordat
het creatieve ondernemerschap niet
alleen werk is maar eigenlijk ook
een manier van leven. Daarnaast
bestaat de creatieve industrie uit
voornamelijk kleinschalige bedrij-
ven die flexibel zijn en innovatief en
maatschappelijk betrokken omgaan
met opdrachten. Dit heeft ook een
weerslag op de omgeving waarin en
waarmee ze werkt.
Creatieve ondernemers zijn niet
gebonden aan structuren zoals de
reguliere sectoren gewend zijn.
Daardoor zijn ze ook niet zo be-
kwaam in het doen groeien van
hun onderneming. Bij elke fase van
ondernemerschap hebben ze onder-
steuning nodig van facilitaire dien-
sten en services. Welke ondersteu-
ning ze nodig hebben, komt voort
uit de keuzen die ze maken in het
proces van de waardeketen. Juist bij
deze strategische keuzes kunnen ze
ondersteuning gebruiken.
Het onderzoek onderscheidt kern-
creatieve industrieën, culturele
creatieve industrieën en ondersteu-
nende creatieve industrieën. Deze
ondersteunende creatieve industrie-
ën bestaan uit services en facilitaire
diensten, die veelal huizen in ‘speci-
alisaties’ van reguliere organisaties.
Om in de economische waardeketen
4
5. van idee naar de markt te komen
is de juiste ondersteuning bij elke
stap, in de bedrijfsvoering, nodig.
Dit vraagt om een heldere infra-
structuur en de juiste schakels in de
waardeketen. Deze schakels zijn per
creatieve sector verschillend.
Met de reeds bestaande hulpmid-
delen van de Gemeente Eindhoven,
zoals consultancy, kan al een stap
gezet worden in de begeleiding
van creatieve ondernemers en in
de verbinding tussen de creatieve
en de reguliere sector, waardoor de
creatieve ondernemer doelgericht
wordt gefaciliteerd in zijn informatie-
behoefte.
Echter om in de creatieve industrie
vraag en aanbod nog beter bij elkaar
te brengen is een vanuit de markt
gestuurd mapping instrument een
haalbare optie. Een vraag en aanbod
gestuurde tool kan bijdragen aan
een aantrekkelijk vestigingsklimaat
voor de creatieve industrie in de ei-
gen regio. Want waar een afzetmarkt
is met gunstige voorwaarden, is ook
aantrekkingskracht.
Een van de problemen die met de
tool opgelost moet worden is het
gebrek in ondernemersvaardighe-
den, zoals het denken in bedrijfspro-
cessen en het hanteren van de juiste
kaders in boekhouding, adminis-
tratie en bedrijfsvoering. Daarnaast
moet er invulling gegeven worden
aan de economische waardeketen.
De creatief ondernemer weet niet
welke stap hij wanneer moet zetten
om tot een verkoopbaar product of
dienst te komen in de markt. Sa-
menwerking met de reguliere sector
loopt ook hierop vast.
Een overkoepelende informatievoor-
ziening, waaronder vraag en aan-
bod, kan een meerwaarde voor de
sector zijn omdat deze bijdraagt aan
de overzichtelijkheid van de onder-
steunende diensten en daarmee
aan de informatievoorziening en
ondersteuning bij diverse fasen van
het ondernemerschap in het proces
van de waardeketen. Een online
mapping tool die vraag en aanbod in
facilitaire diensten en services voor
de creatieve sector bij elkaar brengt
kan een paraplu vormen die themati-
sche informatie biedt aan de sector.
De mapping tool moet informatie
bieden over facilitaire diensten, ser-
vices en huisvesting en dat per fase
van ondernemerschap.
Door de behoeften van de creatieve
ondernemers in acht te nemen kan
er zowel een fysieke als een virtuele
omgeving gecreëerd worden die
van toegevoegde waarde is voor de
creatieve industrie en die de op-
brengsten van deze sector vergroot
en in cijfers kan uitdrukken. Op
deze manier ontstaat meer inzicht
in de sector en kan beter worden
ingespeeld op de behoefte van deze
sector.
Door de internationale verbanden
binnen het Europese Interregionale
ECCE project en de missie om de
creatieve industrie te verbinden met
het reguliere bedrijfsleven en de
industrie, kan een virtuele omgeving
worden gecreëerd, die op Europees
niveau vraag en aanbod faciliteert in
de economische waardeketen van
creatieve producten en diensten.
Door de virtuele omgeving te voor-
zien van content, vanuit de ECCE
partnerlanden, ontstaat er een groei-
scenario met een Europese dekking
en kan de virtuele tool inzicht in
de impact en de marktwerking van
de creatieve industrie op Euro-
pese schaal bevorderen. De door
de ECCE partners reeds in gang
gezette middelen kunnen bijdragen
aan deze Europese content en het
resultaat om inzicht te verschaffen in
de creatieve sector op Europees ni-
veau. Dit onderzoek heeft geleid tot
drie toepassingen die op nationale
en Europese schaal ingezet kunnen
worden:
1. Het onderzoek naar de inhoud
van economische waardeketens
van creatieve producten en dien-
sten en hun omgeving;
2. Een nadere uitwerking van de
‘Gids Creatief en Innovatief On-
dernemen’, ingericht volgens de
economische waardeketen;
3. De uitwerking van een online
tool die vraag en aanbod in de
creatieve sector met elkaar ver-
bindt.
Het onderzoek met zijn handreikin-
gen is een aanzet tot een vervolg
om de waarde van creativiteit en
innovatie te ontsluiten. Het is aan
de Europese ECCE partners om de
aangereikte tool toe te passen en te
implementeren.
5
7. Inhoudsopgave
Voorwoord
Samenvatting
Inhoudsopgave
Inleiding
Leeswijzer
0 Onderzoeksmodellen
0.1 De waardeketen
0.2 De definitie
0.2.1 Principiële keuze
0.3 Omgevingsfactor
1 De creatieve industrie
1.1 Kenmerken creatieve industrie
1.2 De sectoren
1.3 De omgevingsfactoren
2 Bevordering van de creatieve industrie
2.1 Verhoudingen
2.2 De economische waardeketen van de creatieve industrie
2.3 Services
2.4 Facilitaire diensten
2.5 Het programma vanuit ECCE Partnerstad Eindhoven
2.5.1 Gids creatief en innovatief ondernemen
2.5.2 Creative Guide Eindhoven Region
2.5.3 ECCE Transfer Agents
3 De online instrumenten
3.1 Mapping instrumenten: definitie en gebruik
3.2 Status van tools in de creatieve sector
3.3 Faciliteren van vraag en aanbod
3.3.1 Een werkbare tool: WERKSPOT.NL
3.4 Naar een online tool voor de creatieve sector
3.4.2 Publiek Private Samenwerking (PPS)
4 Conclusie en aanbevelingen
4.1 Conclusie
4.2 Aanbevelingen
4.2.1 Aanbevelingen in het gebrek aan ondernemersvaardigheden
4.2.2 Aanbevelingen voor het invullen van de economische waardenketen
4.2.3 Aanbevelingen voor de totstand koming van een online tool
Bronnenoverzicht
Desk research
Online research
Field research
Onderzoek op locatie
Bijlage 1
Bijlage 2
Bijlage 3
Bijlage 4
Bijlage 5
Bijlage 6
Bijlage 7
Colofon
3
4
7
8
9
10
10
10
11
12
13
13
15
19
22
22
24
25
27
28
28
29
30
32
32
33
35
35
36
39
41
42
44
44
45
46
47
47
48
48
48
49
50
51
56
59
60
61
63
7
8. In het kader van het Interregionale
project ECCE is de Creative Guide
ontwikkeld. Met de Creative Guide
is de creatieve sector in de regio
Eindhoven toegankelijk en zichtbaar
geworden. Nu wil de gemeente ver-
der gaan met dit hulpmiddel. Naast
het bevorderen van kruisbestuiving
en samenwerking in de creatieve
sector, moet er ook een link gelegd
worden met de reguliere sectoren.
Van business-to-business relaties is
in de creatieve sector nog te wei-
nig sprake. De huidige beschikbare
tools voldoen niet aan de eisen van
de gebruiker. Dit onderzoek kijkt
daarom naar de behoeften van de
creatieve ondernemers in de stap-
pen van de economische waardeke-
ten en koppelt deze aan de informa-
tievoorziening voor de ondernemers.
Door het snel beschikbaar stellen
van relevante, betrouwbare en
thematische informatie kunnen in-
novatie, samenwerkingsverbanden,
cross-overs en kruisbestuivingen
ook met de reguliere sector opti-
maal benut worden. De doelstelling
van het onderzoek luidt dan ook als
volgt:
Creating insight into the total eco-
nomic value-chain of the creative
industries and the rapid provision
of relevant, reliable and thematic
information to the creative sector to
stimulate cooperation, innovation,
crossovers and cross-fertilization.
Inleiding
Het voorliggende onderzoek legt
daarvoor een basis. Uitgangspunt
was de gids en daarnaast is er
gebruik gemaakt van bestaand
onderzoek om inzicht te krijgen in
de economische waardeketens van
de creatieve industrie en in mapping
tools die de ontwikkeling van de cre-
atieve industrie kunnen bevorderen.
Er is vervolgens een vertaalslag ge-
maakt naar een creatieve waardeke-
ten en een mapping tool ontwikkelt
die een overzicht kan bieden van
ondersteunende bedrijvigheid aan
de sector, en vraag en aanbod bij
elkaar brengt. Dit dient allemaal om
innovatie en internationale samen-
werking in de sector te bevorderen.
8
9. In het eerste hoofdstuk (0) wordt een
theoretisch kader geschept aan de
hand van bestaand literatuuronder-
zoek om de termen waardeketen,
creatieve industrie en de invulling
van omgevingsfactoren toe te lich-
ten. De begrippen dienen als onder-
zoeksmodel voor verdere invulling
gedurende het onderzoek.
In het volgende hoofdstuk (1) kan er
dan ingegaan worden op de ken-
merken en sectoren van de creatieve
industrie, waaruit al knelpunten en
behoeften blijken in relatie tot de
reguliere sectoren. De problemen die
creatieve ondernemingen hebben in
de samenwerking met andere secto-
ren staan de ontwikkeling van beide
sectoren in de weg. De omgeving
als een van de belangrijkste kenmer-
ken waarop de creatieve industrie
zich onderscheidt van andere sec-
toren wordt nader toegelicht. Hier
wordt ook een aanzet gegeven tot
het creëren van een omgeving waar-
mee de creatieve industrie zich kan
ontwikkelen in ondernemerschap.
Vervolgens wordt in hoofdstuk 2
gekeken naar hoe de creatieve in-
dustrie zich kan ontwikkelen richting
de markt. Er wordt gekeken naar
de waardeketen voor de creatieve
industrie en een verbinding gemaakt
met facilitaire diensten en services
die de creatieve industrie kunnen
ondersteunen. In de huidige situ-
atie is er bij creatieve entrepreneurs,
nog onvoldoende inzicht in hoe zij
uit hun ideeën een business kun-
nen bouwen, welke stappen daarin
genomen moeten worden en komt
de samenwerking met het regu-
liere bedrijfsleven maar moeilijk op
gang. Daarop kan een tool ontwik-
keld worden die een constructieve
verbinding legt tussen de creatieve
en reguliere sectoren. Eindhoven, als
partnerstad van het ECCE-project,
heeft hiervoor al aanzetten gegeven
die in hoofdstuk 2 worden toege-
licht.
Leeswijzer
Hoofdstuk 3 gaat dieper in op di-
verse handreikingen naar de cre-
atieve industrie. Ten eerste wordt
gekeken naar hoe een constructieve
verbinding kan worden gelegd naar
reguliere sectoren in de waardeketen
van creatieve producten en diensten
en ten tweede hoe services daar een
rol bij spelen. Voor de nieuwe werk-
bare tool worden de services ook
gekoppeld aan de fasen die elke on-
dernemer doorgaat. Daarom wordt
ten derde gekeken naar de fasen
van ondernemerschap en ten slotte
naar de aanzet die Eindhoven met
de Creative Guide al gegeven heeft
om in de behoefte van de creatieve
sector tegemoet te komen.
Hoofdstuk 3 koppelt tevens de
vorige bevindingen voor een deel
al aan de te ontwikkelen mapping
tool. Daarvoor wordt eerst beschre-
ven wat een mapping tool precies
inhoudt en hoe deze gebruikt kan
worden. Vervolgens wordt gekeken
naar de status van mapping tools
voor de creatieve sector, een voor-
beeld uitgewerkt van een werkbare
tool in de bouwsector en ten slotte
toegewerkt naar een mapping tool
voor de creatieve industrie.
In de conclusie en aanbevelingen
wordt een nadere invulling gege-
ven aan een mapping tool voor de
creatieve sector. De aanbevelingen
hebben betrekking op het dichten
van het gebrek aan ondernemers-
vaardigheden en het invullen van de
economische waardeketen.
9
10. 0.1
De waardeketen
Als uitgangspunt voor het vergelijken
en inzichtelijk maken van de creatie-
ve waardeketen, wordt onderstaand
model van de industriële waarde-
keten gehanteerd. De waardeketen
geeft het productieproces van een
goed of dienst weer zoals dat bin-
nen een sector verloopt. In iedere
fase genereert het product of de
dienst een meerwaarde. Het model
dat op de creatieve sector zal wor-
den toegepast is een afgeleide van
het proces dat in de creatieve sector
plaatsvindt om van een idee tot een
product of dienst in de markt te
komen. Daarom heeft de creatieve
waardeketen een andere keten dan
de industriële waardeketen, deze
dient enkel als uitgangspunt en om
de verhoudingen tussen de verschil-
lende processen weer te geven.
0.2
De definitie
In Europa zijn de eerste kantelingen
van een maak- naar een kennis-
economie ontstaan in Engeland en
Duitsland. In deze landen verdween
de maakindustrie met een grote
impact voor de eigen welvaart, naar
lageloon landen en kwamen er door
technische ontwikkelingen minder
banen vrij in de maaksector. Om die
redenen is in deze Europese landen
een begin gemaakt met het definië-
ren van nieuwe economieën. Daar-
mee ging in Engeland en Duitsland
het ontstaan van de eerste definities
voor de creatieve industrie gepaard,
als onderdeel van potentieel in de
kenniseconomie. Het economische
aspect van de creatieve industrie
werd door Engeland en Duitsland
voorop gesteld, als potentieel voor
het creëren van nieuwe werkgele-
genheid en welvaart. De definities
in andere Europese landen zijn een
afgeleide van de Angelsaksische en
Duitse interpretaties op de creatieve
industrie en haar sector.
De theorie van de Amerikaanse
econoom R. Florida, werd bij het
vormen van ideeën over creatieve
industrie in acht genomen. In dit
onderzoek is ook zijn theorie mee-
genomen bij het omschrijven van de
doelgroep voor de te ontwikkelen
tool. De bevindingen van R. Florida
gaven o.a. inzicht in de creatieve
sector, die hij een naam gaf en deze
als eerste in kaart bracht. Daar-
bij vertaalde hij de economische
meerwaarde van de sector in kennis
en creativiteit, naar een veranderde
maatschappelijke behoefte.
Uit een vergelijking tussen Angelsak-
sische, Duitstalige en Nederlands-
talige definities voor de Creatieve
Industrie is een bruikbare definitie
voor dit onderzoek gedefinieerd, met
een Europese dekking. De definitie
uit het Europese groenboek: “Het
potentieel van culturele en creatieve
industrieën vrijmaken” is meegeno-
men bij het vormen van een bruikba-
re definitie voor de creatieve indus-
trie, zoals bedoeld in dit onderzoek.
Het Europese groenboek omschrijft
de culturele en creatieve industrie
als volgt:
“Onder “culturele industrieën” wordt
verstaan: industrieën die goederen
en diensten produceren en distribu-
eren die gezien hun specifieke aard,
aanwending of doel, vorm geven aan
cultuuruitingen of deze overbrengen,
ongeacht hun eventuele commer-
ciële waarde. Naast de traditionele
kunstsector (podiumkunsten, beel-
dende kunsten, cultureel erfgoed
waaronder de publieke sector) om-
vatten zij film, dvd en video, televisie
en radio, videospelletjes, nieuwe
media, muziek, boeken en tijdschrif-
ten. Dit begrip is gedefinieerd met
betrekking tot cultuuruitingen in het
kader van de Unesco-Overeenkomt
van 2005 inzake de bescherming en
bevordering van de diversiteit van
cultuuruitingen.
0
Onderzoeksmodellen
Figuur 1:
industriële waardeketen1
De onderstaande onderzoeksmo-
dellen worden in het kader van de
opdracht gebruikt om de creatieve
industrie met haar ondersteunende
bedrijvigheid en haar waardeketen in
kaart te brengen.
Door de waardeketen te relateren
aan de creatieve sector, kan worden
geanalyseerd op welke wijze vraag
en aanbod tussen de creatieve sec-
tor en de reguliere sector bij elkaar
gebracht kunnen worden, d.m.v. een
werkbare, handzame tool.
Onderzoek/
ontwikkeling
Productie Ingaande/
uitgaande
logistiek
Marketing &
verkoop
Consument
1 John Krijger,
RTE Adviesgroep, Tilburg,
Augustus 2010
10
11. Onder “creatieve industrieën”
verstaan we de industrieën met
culturele dimensies die cultuur als
inzet gebruiken maar voornamelijk
functionele producten produceren.
Dit omvat architectuur en design
die creatieve elementen in grotere
processen integreren alsook subsec-
toren zoals grafisch design, mode-
ontwerp of reclame.
Op een meer perifeer niveau zijn
tal van andere industrieën voor hun
eigen ontwikkeling afhankelijk van de
productie van inhoud waardoor deze
industrieën en CCI’s onderling tot op
zekere hoogte afhankelijk van elkaar
zijn. Ze omvatten onder andere
toerisme en de sector van de nieuwe
technologieën. Deze sectoren vallen
echter niet expliciet onder het in dit
Groenboek gebruikte concept van
de CCI’s.” 2
In bijlage 1 zijn enkele onderzochte
definities uiteengezet met verschil-
lende interpretaties van de creatieve
industrie. Voor dit onderzoek wordt
vanuit de diverse definities uitge-
gaan van de volgende bruikbare
definitie:
“De creatieve industrie speelt een
belangrijke rol in ontwikkeling en
onderhoud van leefstijlen en cultu-
rele identiteiten in de samenleving.
Hedendaagse producten en dien-
sten gaan op basis van culturele
waarden de concurrentie met elkaar
aan, omdat de symbolische compo-
nent toeneemt.
Daaruit vloeit voort, dat alle activi-
teiten die hun bestaansrecht danken
aan creativiteit, talent, tolerantie en
technologie, binnen een innovatief
milieu en die de potentie hebben
om welvaart en werk te creëren door
het genereren en/of exploiteren van
authentiek intellectueel eigendom,
behoren tot de sector van de Crea-
tieve Industrie.” 3
0.2.1
Principiële keuze
We spreken in dit onderzoek over
een nieuwe economie, die als
kansrijk is bevonden in de omslag
van maak-economie naar een ken-
niseconomie. Daarom wordt cultuur
in autonome zin uitgesloten van dit
onderzoek en wordt alleen creatief
of cultureel ondernemerschap gere-
kend tot de creatieve sector.
De creatieve industrie kenmerkt zich
door onder andere zijn economische
meerwaarde en daarom wordt in dit
onderzoek uitgegaan van creatief
(en cultureel) ondernemerschap.
Deze sectoren doorlopen met hun
authentieke producten en diensten
de economische waardeketen en
richten zich tot de markt.
Autonome cultuur daarentegen, is
voornamelijk afhankelijk van sub-
sidie en veel minder gericht op de
markt. Autonome culturele pro-
ducten en diensten doorlopen een
geheel eigen proces, dat niet te
vergelijken is met het economische
proces en de groeifasen van een
ondernemer. In autonome culturele
producten en diensten zijn proces-
sen veel minder zichtbaar en veelal
gesloten, omdat men werkt vanuit
een eigen inzicht, zelfsturend en
onafhankelijk in oorsprong en functie
producten tot stand brengt. De
creatieve industrie daarentegen is
open en bereid tot samenwerking,
producten en diensten die deze
sector voort brengt zijn toegepast en
bedoeld om een markt te bedienen.
Daarmee zijn processen veel dui-
delijker te herkennen, heerst er een
open klimaat en ziet men economi-
sche potentie in toegepaste produc-
ten en diensten.
Zowel de creatieve sector als de (au-
tonome) cultuursector dragen in hun
lifestyle en manier van werken veelal
bij aan een creatief klimaat, dat weer
aantrekkelijk is voor andere crea-
tieve ondernemers, maar ook voor
bohemiens, recreanten en toeristen,
daarom worden de ondernemers in
de culturele sector ook wel gedefini-
eerd als lifestyle entrepreneurs.
In de Duitse interpretatie van de de-
finitie voor creatieve industrie wordt
duidelijk onderscheid gemaakt
tussen ‘Kulturwirtschaft’ of ‘Kreatief-
wirtschaft’ en ‘Kultur’ of ‘Kreativität’.
Hierin kenmerkt zich voornamelijk
het woord ‘Wirtschaft’ dat economie
betekent. In Duitsland wordt de au-
tonome cultuur of creativiteit uitge-
sloten van de creatieve industrie en
wordt alleen creatief ondernemer-
schap daartoe gerekend. Dit vloeit
voort uit de economische meerwaar-
de van de creatieve sector.
Een creatieve ondernemer kan wel
maatschappelijke belangen hebben,
maar heeft voor ogen om voor zover
mogelijk zelfvoorzienend te zijn, te
groeien, een markt te bedienen en
een onderneming te bouwen rond-
om een dienst of een product.
2 Europese Commissie,
Groenboek, Het potentieel
van culturele en creatieve
industrieën vrijmaken,
Brussel, 27 april 2010
3 Elke Frye, Afstudeer-
scriptie MER/OGM: Podia
voor Creatieve Industrie,
Een vergelijking tussen
Bochum (Duitsland) en
Eindhoven (Nederland),
Eindhoven, augustus 2005
11
12. 0.3
Omgevings-
factoren
Een omgeving voor creatieve onder-
nemers vraagt om specifieke aspec-
ten die betrekking hebben op een
behoefte van de gebruiker en zijn
activiteiten. De conceptmatige, doel-
gerichte invulling van een omgeving
draagt bij aan het ontwikkelen van
nieuwe activiteiten en economische
potenties, waarbij de infrastructuur
een belangrijke rol speelt.
Het conceptmatig inrichten van een
omgeving heeft veelal betrekking op
een fysieke omgeving,
die afhankelijk is van voorhanden
omgevingsfactoren om de juiste
content te creëren met zijn infra-
structuur en deze een plek te geven
in of om de fysieke omgeving. Het is
echter ook mogelijk om een virtuele
omgeving te creëren die gebaseerd
is op fysieke factoren en behoeften
van de gebruiker. Door de verta-
ling van fysieke omgevingsfactoren
naar virtuele mogelijkheden is het
mogelijk om gebruikersbehoeften
beter te faciliteren, want een virtuele
omgeving is niet afhankelijk van een
locatie.
Dit gegeven dient als input voor het
ontwikkelen van een tool die de in-
frastructuur van de waardeketen bij
elkaar brengt in de creatieve sector.
Waar de fysieke mogelijkheden be-
perkt zijn, bieden de virtuele moge-
lijkheden uitkomsten en mogelijkhe-
den tot internationale verbindingen.
We gaan in dit onderzoek uit van
het model ‘omgevingsfactoren in de
creatieve en culturele sector’, dat
inzicht geeft in de fysieke omge-
vingsbehoefte van de creatieve en
culturele industrie.
Figuur 2:
Omgevingsfactoren in
de creatieve en cultu-
rele industrie4
4 Elke Frye, Afstudeer-
scriptie MER/OGM: Podia
voor Creatieve Industrie,
Een vergelijking tussen
Bochum (Duitsland) en
Eindhoven (Nederland),
Eindhoven, augustus 2005
12
Initiatieven vanuit de
Creatieve klasse
Tolerantie t.o.v.
initiatieven
Gemeente/
overheid
Identiteit
Imago
STAD
OMGEVING
Oppikken/inspelen;
Ondersteunen;
Stimuleren;
Uitwerken.
Locatie:
Podium voor de creatieve industrie
Ruimte voor ontwikkeling van de
creatieve klasse
Klimaat:
Creatief, innovatief,
cultureel, dynamisch
Elementen:
Kennis- & belevingseconomie
Samenbrengen van:
Talent, tolerantie & technologie
Innovatief/creatief milieu door
publiek private samenwerking
Zoektocht naar ruimte voor
creatieve industrie
Samenwerking
Kennisinstituten
Bedrijfsleven (publiek & privaat)
Culturele sector
13. te veel verstrikt raken in bedrijfspro-
cessen en zich daarop focussen,
want dat maakt het creatief, oplos-
singsgericht denken en het progres-
sief nadenken over hun omgeving
moeilijk.
Met het bundelen van kennis en het
steeds weer opnieuw uitgedaagd
worden door een opdracht weet de
creatieve sector steeds weer een
authentiek kwaliteitsproduct neer te
zetten. Het motto is: “ Do what you
love, that’s what you do best.”
Ten tweede is de creatieve industrie
kleinschalig en bestaat voornamelijk
uit zzp-ers en MKB-ers, daardoor
kunnen beslissingen sneller geno-
men worden en worden verande-
ringen veel sneller gesignaleerd en
doorgevoerd. Kenmerkend is niet
alleen kleinschaligheid en een eigen
manier van werken, maar ook dat
talenten verborgen zitten in mensen
die veel minder bezig zijn met bij-
voorbeeld hun voorkomen in zakelij-
ke gesprekken. Dat kan de reguliere
bedrijvigheid als niet professioneel
beschouwen of simpelweg verkeerd
interpreteren, waardoor de creatieve
ondernemer eventueel niet serieus
wordt genomen zonder de tussen-
komst van een agent.
Het minder goed zijn in gekaderde
ondernemerszaken, komt voort
uit het entrepreneurschap van de
creatieve ondernemer, dat zich richt
op het bedenken en ontwikkelen
van nieuwe producten en diensten.
Onderdeel daarvan is dat in de cre-
De creatieve industrie kenmerkt zich
door haar kleinschaligheid en be-
staat veelal uit freelancers, zzp’ers
en MKB’ers. De creatieve sector
stimuleert ondernemerschap en
daarmee het ontstaan van nieuwe
bedrijvigheid, die om hun creativiteit
en authenticiteit te bewaken veelal
kleinschalig blijven. Het innovatieve
vermogen van de creatieve industrie
huist in de kleinschaligheid van de
sector, want deze wordt niet ver-
stoord door bedrijfsprocessen en
hiërarchieën.
Dit wil echter niet zeggen dat de
impact van de creatieve industrie
klein is, maar de manier van werken
is anders en dat maakt de creatieve
industrie vaak tot een ondoorzich-
tige sector.
Om tot een werkbare tool te komen
met economische meerwaarde voor
de creatieve sector en welke vraag
en aanbod in de creatieve sector
moet faciliteren in de creatieve waar-
deketen, brengen we eerst de doel-
groep met haar behoeften in kaart.
In dit onderdeel wordt daarom
ingegaan op de kenmerken van de
creatieve industrie, de sectoren die
deze industrie omvat en de omge-
ving waarin de sector gedijt. We
gaan daarbij uit van de definitie,
zoals deze in hoofdstuk 0.2 voor dit
onderzoek is gedefinieerd. Hoofd-
stuk 1 geeft de knelpunten in de cre-
atieve industrie op Europese schaal
en een behoefteverkenning van de
sector weer.
1.1
Kenmerken
creatieve industrie
Ten eerste is de creatieve industrie
veel meer een lifestyle, omdat de
grenzen tussen wonen, werken,
recreëren en persoonlijke interesses
vervagen. Het probleemoplossend
denkvermogen en werken komt
daaruit voort, de creatieve industrie
wil midden in de maatschappij staan
en werkt vanuit deze kennis en erva-
ring naar producten en diensten toe,
met een authentieke ofwel unieke
meerwaarde.
Er ontstaat vaak rondom een op-
dracht een team dat op kennis en
kwaliteit wordt ingezet, daardoor
kan de creatieve industrie optimaal
inspelen op veranderingen en maat-
schappelijke vraagstukken. Dit leidt
uiteindelijk tot hoge kwaliteitspro-
ducten die door een team van speci-
alisten zijn ontwikkeld en afgestemd
zijn op de behoefte en de belevenis
van de gebruiker.
Creatievelingen zijn veelal port-
foliowerkers, ze werken naar hun
kwaliteit (en opleiding), dat wil
zeggen dat de creatieve bedrijvig-
heid zich richt op de dingen waar ze
goed in is, kwaliteiten bundelen en
in co-work- of teamverband op-
drachten uitvoeren. Op deze manier
weet de creatieve industrie zich te
onderscheiden, het gaat namelijk
veel meer over de behoefte van de
klant ofwel de gebruiker, dan over
structuren en formats volgens welke
gewerkt worden.
De wendbaarheid, flexibiliteit en or-
ganische groei is van belang voor de
creativiteit, de authenticiteit en het
leveren van producten en diensten
met een kwalitatief hoge meerwaar-
de. De creatieve industrie kan niet
13
1
De creatieve
industrie
14. atieve industrie de grenzen tussen
wonen, werken en recreëren verva-
gen, waardoor de creatieve industrie
o.a. een lifestyle is en men vooral
vanuit een passie werkt.
Werken in en/of met de creatieve
sector vergt een nieuwe flexibele
manier van werken, in wisselende
samenstellingen en daar is het
traditionele bedrijfsleven nog niet
altijd klaar voor, omdat zij vaak nog
volgens de traditionele weg werken.
Daardoor verloopt de verbinding
naar de industrie vaak moeilijk en
zij lijken elkaar maar niet te vinden.
Zichtbaarheid, openheid en vertrou-
wen in elkaars kunnen zijn hierin
sleutelwoorden.
De creatieve industrie is ten derde
een echte vernieuwer of wel innova-
tor en dat is goed voor de ontwik-
keling van welvaart en economie.
De kleinschaligheid van de creatieve
sector zorgt ervoor dat snel kan wor-
den ingespeeld op marktveranderin-
gen en maatschappelijke behoeften,
dat maakt de creatieve industrie
veelal tot trendsetters of wel early
adapters. Niet alleen in de produc-
ten en diensten die zij produceren,
maar ook in de bedrijfsvoering en de
manier van werken.
Vaak gaat het in de creatieve sector
om authentieke producten en dien-
sten met een esthetische en maat-
schappelijke meerwaarde en ligt de
nadruk bij creatieve ondernemers
veel minder op bedrijfsprocessen
en –structuren, omdat deze het out-
of-the-box denken en het creatieve
proces in de weg staan. Er is in de
creatieve industrie vaak een gebrek
in inzicht in bedrijfsprocessen en
inzicht in de te nemen stappen om
van ideevorming tot een product
of dienst te komen. Dat staat het
bereiken van de markt in de weg.
Enerzijds worden deze trendsetters
door het reguliere bedrijfsleven niet
altijd begrepen en is er door hun
flexibel gedrag en hun snelle reactie
op veranderingen een gat ontstaan
tussen vraag en aanbod. Anderzijds
is de reguliere sector simpelweg nog
niet altijd klaar voor de producten en
diensten die uit de creatieve indus-
trie voortkomen.
De creatieve sector loopt met ideeën
vaak voorop en dat maakt het zo
moeilijk om met elkaar een geza-
menlijk doel na te streven.
Tot slot kenmerkt de creatieve
industrie zich door clustering in
een omgeving die maatschappe-
lijk verbonden is en dat vraagt om
specifieke huisvesting, die concept-
matig wordt ingevuld. De creatieve
ondernemers vestigen zich midden
in de maatschappij, op plekken die
tot de verbeelding spreken, die hen
inspireren, die dynamisch zijn en
waarmee zij een emotionele bin-
ding hebben, en niet op een apart
gelegen bedrijventerrein, ver van het
centrum of van het dagelijks leven.
De netwerken in de creatieve indus-
trie zijn sterk en er wordt onderling
veel samengewerkt aan opdrachten,
waardoor kruisbestuiving en cross-
overs ontstaan. Een representatieve
omgeving, met gelijkgezinden is
voor hen belangrijk.
De impact van de creatieve industrie
is vanuit een gezamenlijke omgeving
groot en er kan door samenwerking
van verschillende kleine bedrijven
en freelancers, aan grote opdrach-
ten gewerkt worden. De omgeving
wordt dan ingezet om onder één
naam te werken, ze verbindt de
creatieve ondernemers met elkaar
en zet de plek als één geheel in de
markt.
De verbinding naar reguliere secto-
ren kan door middel van de con-
ceptmatige invulling leiden tot een
goede infrastructuur die de plek ver-
bindt met reguliere netwerken buiten
de eigen omgeving en daarmee
kunnen schakels in de waardeketen
worden verbonden.
14
15. In zijn onderzoek noemt Florida drie
kenmerken van de creatieve indus-
trie: talent, tolerantie en technologie.
Talent en tolerantie zijn te inter-
preteren als maatschappelijke en/
of persoonlijke kenmerken van een
(sub)cultuur. Technologie is echter
gerelateerd aan een sector, een
industrie.
Florida benoemt technologie als
een belangrijke factor in de crea-
tieve industrie, voor ontwikkeling
en innovatie, maar erkent deze niet
als een vierde cluster van de crea-
tieve industrie. Uit het onderzoek is
gebleken dat veel creativiteit huist in
technologische ontwikkelingen, die
een relatie leggen met het bedenken
van nieuwe producten en diensten
die authentiek zijn en tot de verbeel-
ding spreken van de gebruiker.
Te denken valt hierbij aan industrial
design, waarbij technologische
ontwikkelingen de gebruiker centraal
stellen en in creatieve oplossingen
wordt gedacht.
1.2
De sectoren
De creatieve industrie beslaat zeven
creatieve sectoren: de audiovisuele
industrie, de mode-industrie, de mu-
ziekindustrie, de beeldende kunstin-
dustrie, de gedrukte media industrie,
de architectuur en vormgevings-
industrie en de podiumkunstenin-
dustrie. (Bijlage 2 geeft een korte
toelichting op deze sectoren.) De
onderscheidende factor om te beho-
ren tot de creatieve industrie huist in
de authenticiteit en marktgerichtheid
van de producten en diensten die de
sectoren voortbrengen.
De theorie van R. Florida omhelst
drie clusters in de creatieve indus-
trie, waarin de creatieve sectoren
kunnen worden onderverdeeld:
1. kunst en cultuur
2. muziek, entertainment en
(nieuwe) media
3. creatieve zakelijke dienst-
verlening
de creatieve
industrie
Cluster 1
Kunst & Cultuur
Cluster 2
Muziek,
Entertainment,
(Multi-)Media
Cluster 3
Creatieve zakelijke
dienstverlening,
Toegepaste kunst
Cluster 4
Creatieve zakelijke
dienstverlening,
Research &
Development
Dominante
financiering
Overheidssubsidie,
vaak lokaal
Markt Markt Markt, met
overheidssteun,
zelfs Europees
Soort markt Overheid Consumentenmarkt Zakelijke markt Industriële markt
Kenmerken van
productie &
distributie
Kleinschalig
Arbeidsintensief
Individueel &
collectief
Complex, grootschalig
Multimedia technologie
voor productie &
distributie
Arbeidsintensief
Kapitaalintensief
Collectief
Van kleinschalig tot
grootschalig
Arbeidsintensief,
soms kapitaalintensief
Individueel & collectief
Complex, grootschalig
Kennisintensief
Kapitaalintensief
Collectief
Dominante ideologie Artisticiteit
Authenticiteit
Onafhankelijk
Auteursschap
Populaire cultuur
Authenticiteit &
marktgerichtheid
Collectieve productie &
auteursschap
Artisticiteit &
klantgerichtheid
Functionaliteit &
marktgerichtheid
Auteurschap &
collectieve productie
Innovatief
Authenticiteit,
functionaliteit & markt-
gerichtheid
Collectieve productie
Scope Project voor project
Vallen en opstaan
Steeds op zoek naar
continuïteit
Projectmatig met vaak
korte doorlooptijd
(Zeer) lange termijn,
met bijbehorende
middelen
Typerende
voorbeelden
Beeldende kunst
Podiumkunsten
Literatuur
Omroep
Muziekindustrie
Film- & video-industrie
Vormgeving & mode
Reclame,
Architectuur
Interieurontwerp/
winkelinrichter
Research &
developmentafdelingen
Innovatieve teams
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
Figuur 3:
De creatieve industrie5
5 Elke Frye,
Frye Concepts en Harrie
Dona, Dona Consult,
Eindhoven/Tilburg,
september / oktober 2010
15
Deze producten en diensten komen
voort uit een creatief proces en
behoren daarom tot de creatieve
industrie. Om die reden is voor
dit onderzoek een vierde cluster
gedefinieerd. Dit vierde cluster richt
op technologie, research & deve-
lopement (R&D) en is de stuwende
kracht achter innovaties.
Tevens legt dit vierde cluster de ver-
binding naar de industrie, omdat een
groot deel van de afzetmarkt zich in
de reguliere industrie bevindt.
Door het maken van een Europese
vergelijking tussen de creatieve sec-
toren zijn kenmerken gedefinieerd
van de vier creatieve clusters (zie
figuur 3). Per cluster is schematisch
weergegeven hoe de domeinen zich
verhouden tot de markt.
16. Cluster 1 wordt gedomineerd door
autonome kunsten, die in hoofd-
stuk 0.2.1 worden uitgesloten uit de
creatieve industrie, omdat deze niet
geheel op ondernemerschap gericht
zijn. Cluster 1 wordt veelal gefinan-
cierd met subsidies en er komen
autonome producten en diensten
uit voort, die geen economische
potentie hebben, maar enkel een
maatschappelijk doel hebben, dat
veelal een klein bereik heeft.
Cluster 2 kenmerkt zich voorname-
lijk door cultureel ondernemerschap,
markgerichte producten en diensten
met een maatschappelijke functie
en beleveniswaarde. De sector is
marktgericht en levert vaak direct
aan consumenten. De sector is
veelal zelfvoorzienend en bouwt een
business om zijn product of dienst,
soms met enige overheidssteun
(in de aanloopfase). De impact en
het bereik zijn veelal groot met een
sterke bereidheid tot samenwerking.
Cluster 3 kenmerkt zich door toege-
paste kunst. Uit dit cluster komen
producten en diensten voort met
een emotionele meerwaarde, al
dan niet door de vormgeving en de
toegepaste technieken. De sector
is veelal actief op de zakelijke markt
en is zelfvoorzienend door een eigen
business om een product of dienst
heen te bouwen, of een idee onder
licentie te verkopen. Kenmerkend is
dat de producten en diensten indivi-
dueel en collectief tot stand komen
en in productie worden genomen,
al dan niet in beperkte oplagen. Dit
cluster kent een intensief ontwerp-
proces.
Cluster 4 wordt gedomineerd door
technische ontwikkelingen, innovatie
en research & development. De pro-
ducten en diensten hebben voor de
gebruiker een technische meerwaar-
de, die al dan niet tot de verbeelding
spreekt. De projecten zijn omvang-
rijk, omdat er een lang ontwikkelpro-
ces mee gepaard gaat, en hebben
een grote impact. Cluster 4 richt zich
tot de zakelijke en industriële markt,
waaruit de producten en diensten
worden gefinancierd, eventueel met
overheidssteun in innovatietrajecten.
De structuur van de verschillende
clusters is zeer verschillend, waar-
door het productieproces subtiel
is. Dat wil zeggen dat in elk cluster
verschillende sectoren voor ko-
men, met elk een eigen proces in
de economische waardeketen van
hun producten en diensten, zoals
architectuur kent een ander proces
dan modevormgeving, maar beiden
behoren tot cluster 3.
Drie strategische groepen van be-
drijfstakken kunnen onderscheiden
worden: kerncreatieve industrieën,
culturele creatieve industrieën en
ondersteunende creatieve indus-
trieën.
De kerncreatieve industrie in clus-
ter 3 en 4 en de culturele creatieve
industrie in cluster 2 zijn nauw met
elkaar verbonden, door de bele-
veniswaarde van de producten en
diensten die uit deze sector voort-
komen en welke maatschappelijke
belangen dienen. Een essentieel
verschil is echter dat de kerncrea-
tieve industrie veel meer gericht is
op de zakelijke markt en daardoor
toegepaste producten en diensten
ontwikkeld. Daarmee dient de kern-
creatieve industrie meer de maat-
schappelijke problematiek, door het
oplossings- en gebruikersgericht
denken. De culturele creatieve
industrie is veel meer gericht op pro-
ducten en diensten met een emoti-
onele meerwaarde die aansluiten bij
de belevenis van de gebruiker.
De overheid en het onderwijs/ ken-
nisinstellingen spelen een grote rol
in de verbinding tussen kennis en
ervaring met het reguliere bedrijfs-
leven. Zij kunnen de netwerken aan
elkaar verbinden. Daarnaast is de
samenwerking in de triple helix, tus-
sen overheid, onderwijs en onderne-
mingen in het proces van de crea-
tieve bedrijvigheid van groot belang
voor kennisdeling, maar ook voor de
groeipotentie van het ondernemer-
schap in de creatieve sector, omdat
deze door hen kan worden gefacili-
teerd. Diverse facilitaire diensten en
services, al dan niet commercieel
worden gerekend tot de onder-
steunende creatieve industrieën en
kunnen in verschillende fasen van
ondernemerschap van belang zijn.
16
17. In figuur 4 worden de groeifasen
van ondernemers geschetst, die op
Europese schaal zowel in de crea-
tieve als de reguliere sector, gelijk
aan elkaar zijn. In elke fase hebben
overheden, onderwijs/kennisinstel-
lingen en het bedrijfsleven een
andere faciliterende functie.
De ondernemerschapfasen heb-
ben betrekking op ondernemingen
in de algemene zin, veelal heeft de
faciliterende rol van overheden en
onderwijsinstellingen betrekking op
de beginfase van een onderneming,
omdat zij een klimaat kunnen schep-
pen.
Vervolgens scheppen commerciële
facilitaire diensten een goed onder-
nemend klimaat qua bedrijfsvoering
en adviseren zij in de groeifasen van
een onderneming. De services zijn
de verbinding tussen de schakels in
de waardeketen en zorgen daarmee
voor de verbinding met de markt
(Hoofdstuk 3 gaat hier dieper op in).
De ondersteunende creatieve
industrie heeft veelal betrekking op
de kennis van de creatieve sector
in reguliere bedrijven zoals; agent-
schappen, businessangels, boek-
houders, kennismakelaars of advi-
seurs, ontwikkelaars etc., maar ook
op huisvesting en voorzieningen van
lifestyle en leefwerkomgevingen.
In figuur 5 worden de kerncreatieve
industrieën en de culturele indus-
trieën in clusters verbonden met de
ondersteunende creatieve industrie:
de facilitaire diensten en services.
1 Prestartfase
De Haan: Zelfverzekerd, overtuigd van zijn unieke
kwaliteiten presenteert hij zich met zijn plannen als
starter! Hij denkt iets te kunnen waar vraag naar is.
Overheid: het creëren van een kansrijk en prettig on-
dernemersklimaat of wel het zaaien van vruchtbare
grond die om aggregatie vraagt.
Onderwijs: faciliteren van broedplaatsen en onder-
steuning in ondernemersvaardigheden. Verbinding
naar bedrijfsleven en overheidsprogramma’s, d.m.v.
kennisdeling.
2 Startfase
Zijn eerste klantenkring: Logisch dat hij zijn eerste
klanten zoekt binnen zijn eigen kring. Zijn witte kip-
petjes kennen hem namelijk al.
Overheid: aanjaagfunctie in het faciliteren van
ondernemersvaardigheden en bedrijfsvoering. Pro-
gramma’s die te nemen stappen in de economische
waardeketen inzichtelijk maken. Ruimte geven aan
ondernemerschap.
Onderwijs: kennisdeling en voorzien in een starters
netwerk.
3 Doorstartfase
De eerste uitbreiding:
Hij blijft nog even bij de kippen en gaat op zoek
naar klanten, met een wat andere kleur, maar van
dezelfde soort.
Overheid: verbinding tussen bestaande netwerken
leggen. Faciliteren.
Onderwijs: kennisdeling, laagdrempelige vraagbaak.
Opleidingen.
4 Volwassen fase
De haan stapt de grote wereld in:
De haan heeft inmiddels bewezen hoe goed hij is en
gaat nu het hele erf verkennen, waar hij ook andere
soorten tegenkomt.
Overheid: mogelijkheden scheppen voor continuïteit
en innovatie. Netwerken over elkaar leggen.
Onderwijs: kennisdeling en kennisvalorisatie. Verbin-
ding houden met bedrijfsleven.
Figuur 4: Ondernemersfasen 6
6 Elke Frye,
Frye Concepts,
John Krijger, RTE Advies-
groep en Harrie Dona,
Dona Consult,
Eindhoven/Tilburg,
september / oktober 2010
17
18. Creatieve Industrie
cluster1
cluster2
cluster3
cluster4
Dienst A
Dien
stD
Dien
stD
Dien
stD
Dien
stD
DienstB
DienstC
cluster 1
Kunst & Cultuur
Overheid
Dienst A
Fondsen &
Subsidieverstrekkers
cluster 2
Muziek, Media,
Entertainment
Consumentenmarkt
Dienst B
Infrastructurele
ondersteuning
cluster 3
Creatieve zakelijke
dienstverlening/
Toegepaste kunst
Zakelijke markt
Dienst C
Kennisondersteuning
cluster 4
Zakelijke dienstverlening
Research & Development
Industriële markt
Dienst D
Restauratieve
voorzieningen &
Algemene bedrijfs-
ondersteuning
Figuur 5: De creatieve industrie en haar
ondersteuning 7
Dienst A omvat subsidies en fond-
sen die het mogelijk maken de
ideeën van cluster 1 en 2 te realise-
ren. Cluster 1 heeft veelal betrek-
king op autonoom werk en is vrijwel
geheel afhankelijk van subsidies.
De culturele industrie in cluster 2
is deels afhankelijk van voorinves-
teringen, die bestaan uit subsidies
en fondsen, om hun ideeën om te
zetten in een business.
Dienst B heeft veelal betrekking op
services die de schakels in de eco-
nomische waardeketen met elkaar
verbinden, te denken valt hierbij aan
agentschappen, kennismakelaars,
businessangels, etc. In hoofdstuk 3
gaan wij dieper in op de services in
de waardeketen. Deze schakelaars
in de economische waardeketen zijn
van belang om van een uniek idee,
een tastbaar product of een tasbare
dienst te maken dat de markt weet
te bereiken.
In Dienst C bevinden zich voorna-
melijk services die te maken hebben
met kennisondersteuning om een
product technisch uit te ontwik-
kelen of te verbeteren. Hierbij valt
te denken aan kennisinstituten en
kennismakelaars, researchers en de-
velopers. In dit cluster wordt veelal
collectief gewerkt aan het tot stand
brengen van een product dat ooit als
idee is begonnen. In deze complexe
processen is kennis van producten,
diensten, technische mogelijkheden
en de markt van groot belang.
Dienst D bevat facilitaire diensten
die zich richten op algemene be-
drijfsondersteuning, we onderschei-
den hierin drie groepen:
1 Facilitaire diensten vanuit de
overheid en daaraan gelieerde
instellingen, te denken valt aan
overheidsprogramma’s ter onder-
steuning en stimulering van de
creatieve sector, zoals transfer
agents, workshops, informatie-
avonden, netwerkbijeenkomsten
etc. Maar ook onderwijspro-
gramma’s die zich richten op het
starten van een onderneming in de
creatieve sector.
2 Commerciële facilitaire dien-
sten, zoals boekhouders, accoun-
tants, juristen, belastingadviseurs
e.d. die specifieke kennis hebben
van creatief of cultureel onderne-
merschap.
3 Huisvesting, te denken valt
hierbij aan diverse aanbieders,
zoals woningcorporaties, ate-
lierstichtingen en ontwikkelaars,
van werkruimte of woon-, werk-
ruimte aan creatieve en/of culturele
ondernemers. Deze aanbieders
richten zich op de specifieke huis-
vestingsbehoefte van de creatieve
ondernemer in verschillende sec-
toren en fasen van ondernemer-
schap.
7 Elke Frye,
Frye Concepts,
John Krijger, RTE Advies-
groep en Harrie Dona,
Dona Consult,
Eindhoven/Tilburg,
september / oktober 2010
18
19. 1.3
De omgevings-
factoren
De omgeving speelt in de creatieve
industrie een belangrijke rol, omdat
de creatieve sector progressief bezig
is met zijn omgeving. We zien dan
ook een tendens dat creatieven zich
vestigen in een dynamische, organi-
sche omgeving met tal van mogelijk-
heden voor hun manier van leven en
dus ook hun manier van werken.
In fysieke zin vraagt dit om een
conceptuele invulling van een lo-
catie, waarin in de voorfase wordt
geïnvesteerd door het in kaart
brengen van de behoefte van de
gebruiker, ofwel de doelgroep, en
dit te vertalen naar functies, loca-
tiefactoren en sfeer ofwel naar een
onderbouwde visie voor de locatie.
Deze visie wordt vervolgens vertaald
naar een ontwerp en de uitvoering
daarvan. Ontmoeting speelt in deze
een belangrijke rol, het gaat hierbij
niet zozeer om het kunstmatig bij
elkaar brengen van mensen, maar
veel meer om toevallige ontmoetin-
gen vanuit diverse invalshoeken en
ontmoetingen omdat men iets voor
elkaar kan betekenen. Een kenmerk
van de creatieve industrie is immers
samenwerken en het vergaren van
inspiratie uit de omgeving.
Creatieve Industrie
cluster1
cluster2
cluster3
cluster4
Dienst A
Dien
stD
Dien
stD
Dien
stD
Dien
stD
DienstB
DienstC
cluster 1
Kunst & Cultuur
Overheid
Dienst A
Fondsen &
Subsidieverstrekkers
cluster 2
Muziek, Media,
Entertainment
Consumentenmarkt
Dienst B
Infrastructurele
ondersteuning
cluster 3
Creatieve zakelijke
dienstverlening/
Toegepaste kunst
Zakelijke markt
Dienst C
Kennisondersteuning
cluster 4
Zakelijke dienstverlening
Research & Development
Industriële markt
Dienst D
Restauratieve
voorzieningen &
Algemene bedrijfs-
ondersteuning
CCCCCrrrrCC
eeeerrrr aaaaee tttttaa iiiieeeeevvvvveeeeee eeeeevvvvv IIIInnnnndddddn uuuud ssssuuuu ttttsss rrrriiiirr eeeee
ccccllllcc uuuuulll sssssuu ttttsss eeeeett rrrr1111
ccccllllccccuuuuulssssuuttttseeeeettrrrr22222
cccclllllccuuuuulllsssssuuttttssseeeeettrrrr33333
ccccllllccccuuuuulssssuttttsseeeettrrrr44444
DDDDDiiiieeeennnnsssssnnn ttttsss AAAAA
Dien
s
n
tss
D
Dien
s
nn
tss
D
Dien
s
n
tss
D
Dien
s
nn
tss
D
DDDDDiiiieeeennnnssssnnnn
ttttssss
BBBB
DDDDDiiieeeennnnnssssnnnn
tttssCCCCC
cluster 1
Kunst & Cultuur
Overheid
Dienst A
Fondsen &
Subsidieverstrekkers
cluster 2
Muziek, Media,
Entertainment
Consumentenmarkt
Dienst B
Infrastructurele
ondersteuning
cluster 3
Creatieve zakelijke
dienstverlening/
Toegepaste kunst
Zakelijke markt
Dienst C
Kennisondersteuning
cluster 4
Zakelijke dienstverlening
Research & Development
Industriële markt
Dienst D
Restauratieve
voorzieningen &
Algemene bedrijfs-
ondersteuning
Gebouw
Wijk
Stad
cluster1
cluster2
cluster3
cluster4
cluster A
Dien
stD
Dien
stD
Dien
stD
Dien
stD
clusterB
clusterC
Gebouw
Openheid
Ontmoeting
Ondernemingsgeest
Ontspanning
24 uur activiteit
Wijk
Bed & Breakfast
Wonen
Sporten
Kinderopvang
Uitgaan
Stad
Culturele manifestatie
Gastvrijheid
Exposure ruimte
Op een fysieke locatie kan niet in
alle facetten in de behoefte worden
voorzien, simpelweg omdat men te
maken heeft met een aantal vaste
gegevens, bijvoorbeeld gebouwen
en ligging. Om te voorzien in de
volledige behoefte van de creatieve
ondernemers is een fysieke en virtu-
ele infrastructuur rondom de locatie
van belang, want hierin schuilt de
verbinding van de locatie met de
buitenwereld en de openheid voor
initiatieven die daaruit voortkomen.
Door het creëren van content en
infrastructuur, kan de economische
waardeketen van een creatieve
sector worden gefaciliteerd en
gewaarborgd en dat draagt bij aan
de economische potentie van een
locatie met haar creatieve entrepre-
neurs.
Figuur 6: Gewenste omgevingssfeer
van de creatieve industrie 8
8 Elke Frye,
Frye Concepts,
John Krijger, RTE Advies-
groep en Harrie Dona,
Dona Consult,
Eindhoven/Tilburg,
september / oktober 2010
19
20. In figuur 6 is de omgeving van de
creatieve industrie geschetst, aan
de hand van figuur 2 ‘Omgevings-
factoren in de creatieve en culturele
industrie uit hoofdstuk 0.3’. In figuur
2 wordt weergegeven dat samen-
werking in de tripple helix (tussen
overheid, ondernemers en onder-
wijs) van groot belang is om een
podium te bouwen voor de creatieve
industrie, waarop zij volledig tot hun
recht komen. Daarom is in figuur 6
de omgeving verbonden met de 4
clusters en de 4 diensten uit figuur
5.
De creatieve sector heeft behoefte
aan een aantal specifieke om-
gevingsfactoren, welke naar een
fysieke omgeving vertaald kunnen
worden, maar ook naar een virtuele
omgeving. Deze virtuele vertaling
kan als input dienen voor een hand-
zame tool die de creatieve sector
met haar economische waardeketen
faciliteert en ondernemen op een
grotere schaal mogelijk maakt. Mid-
dels een vergelijking op Europees
niveau, komen we tot de volgende
omgevingsfactoren die in de cre-
atieve industrie een belangrijke rol
spelen:
-organische en dynamische om-
geving;
-flexibiliteit en eigen input/beteke-
nis;
-playground, samenwerkingsbe-
reidheid;
-zichtbaarheid, collectief en indi-
vidueel;
-een omgeving die past bij een
specifieke onderneming en haar
activiteiten;
-het vinden van gelijkgezinden:
ontmoeting;
-kennisdeling en –vergaring;
-infrastructuur en netwerken die
betrekking hebben op de sector;
-samenkomen van vraag en aan-
bod;
-verbinding met bedrijven uit de
economische waardeketen;
-facilitaire diensten en services ter
ondersteuning.
-huisvesting in diverse vormen:
werken, wonen, tijdelijk,
nomadenwerkplekken, artists in
recidence e.d.
De omgevingsbehoefte van de crea-
tieve sector is in figuur 7 weergege-
ven in relatie tot een virtuele omge-
ving, die verschillende elementen in
de creatieve sector samenbrengt en
welke de behoefte aan informatie
en kennisdeling toegankelijk maakt.
Voor het slagen van een omgeving,
zoals bedoeld in figuur 7 is de con-
ceptuele onderbouwing van belang,
samen met het creëren van content
en het bouwen van een infrastruc-
tuur tussen alle elementen uit en om
de creatieve omgeving.
Alleen een broedplaats voor het
genereren van nieuwe ideeën is
onvoldoende, ideeën zijn er immers
om bij een goede slagingskans tot
uitvoering te brengen en in de markt
te zetten. Pas dan kan een omge-
ving ook meerwaarde genereren en
iets opleveren in fysieke of estheti-
sche zin.
Uiteraard blijft de fysieke plek van
waaruit men werkt van belang bij
een deelname in een virtuele om-
geving, omdat iedere ondernemer,
hoe flexibel deze ook mag zijn, een
thuisbasis nodig heeft om op terug
te vallen en van waaruit de activitei-
ten in zijn onderneming ontplooid
kunnen worden. Een omgeving
waarvoor hij zich verantwoordelijk
voelt omdat hij bijdraagt aan de
identiteit van de plek.
Een virtuele omgeving biedt andere
uitkomsten voor creatief onderne-
merschap, namelijk het vinden van
relevante, betrouwbare en op maat
samengestelde informatie, vraag en
aanbod en stapsgewijs vinden van
de juiste partijen in de waardeke-
ten om te komen van creatie tot de
markt.
In figuur 7 zien we in de kern de
creatieve omgeving, waarin gelijkge-
zinden uit de creatieve sector zich
clusteren, met hun innovatieve idee-
ën voor producten en diensten die
zij willen ontwikkelen en vermarkten.
Hier vindt dan ook de creatie plaats,
het product of de dienst bevindt zich
in de initiatieffase.
Om de creatieve kern scharen zich
de services die het proces van de
waardeketen bewaken en ervoor
zorgen dat van een idee een pro-
duct of dienst gemaakt kan worden.
Daarvoor moet een idee worden (uit)
ontwikkeld tot een product of dienst
dat te verwezenlijken is, het idee be-
vindt zich op dat moment in de haal-
baarheidsfase van de waardeketen.
Na het uitontwikkelen van het idee
tot een haalbaar product of dienst
start de productiefase en wordt het
product of de dienst geproduceerd,
het product of de dienst bevindt zich
dan in de realisatiefase.
Vervolgens wordt het product of de
dienst gedistribueerd en vaak vinden
daardoor in deze fase nog kleine
aanpassingen plaats, waardoor de
kwaliteit verbeterd wordt.
Hierna start de beheerfase. In deze
fase is het product of de dienst in
de markt gezet en wordt de kwaliteit
bewaakt. Door feedback vanuit de
markt kan het product in kwaliteit
verbeteren of ontstaat een nieuw
idee, waardoor de stappen in de
waardeketen opnieuw worden door-
lopen.
De buitenste cirkel heeft betrek-
king op facilitaire diensten die een
adviserende rol spelen in het geheel.
Deze facilitaire diensten richten zich
veelal op ondernemersvaardighe-
den en het maken van strategische
beslissingen als ondernemer of met
betrekking tot een kansrijk idee van
een ondernemer.
20
21. Creatie R&D Reproductie Distributie Markt
Initiatief
fase
Haalbaarheid
fase
Uitvoer fase Verbeterde
kwaliteit
Beheerfase
Facilitaire
diensten
Services
Creative
environment
Waardeketen
Design & Technologie
Samenwerkingsbeleid
Hoogwaardige kennis, licentie, IP,
contract/legal, agent,
producent/marketeer.
Prototyping, legal-prototyping,
interne organisatie, productie, marketing.
Consumenten feedback.
Programma’s van overheden en
instellingen in ondernemersvaardig-
heden en huisvesting
Commerciële voorzieningen onder-
steunend aan creatief
ondernemerschap/bedrijfsvoering
Omgeving
•
•
Figuur 7: Creatieve industrie in
relatie tot omgevingsfactoren 9
9 Elke Frye,
Frye Concepts, Eindhoven,
december 2010
21
22. Overheden en instellingen kampen,
op Europese schaal, met het pro-
bleem een manier te vinden om de
creatieve industrie een impuls te
geven die bijdraagt aan de groei en
de professionalisering van de sector.
De verschillen in ondernemers-
mentaliteit en de daarmee gepaard
gaande veranderde behoefte tussen
de reguliere sector en de creatieve
sector zijn veelal de oorzaak van het
probleem. Daarom komen business-
to-business relaties in de creatieve
sector maar moeilijk tot stand.
In dat kader zijn door overheden
en (onderwijs)instellingen diverse
programma’s gestart ter bevordering
van de creatieve industrie met haar
economische en maatschappelijke
potentie.
Deze programma’s zijn niet altijd
transparant en het is als creatieve
ondernemer moeilijk om aan the-
matische informatie te komen over
programma’s die bij hem passen.
Verder is er veel overlap in de tot op
heden aangeboden programma’s
door overheden en instellingen,
deze kunnen veel beter op elkaar
worden afgestemd. In dit hoofdstuk
wordt ingegaan op de schakels in
de creatieve sector, die leiden tot
meer marktpotentie van de creatieve
sector, waarin de invulling van de
economische waardeketen en het
ontwikkelen van ondernemersvaar-
digheden een belangrijke rol spe-
len. De industriële waardeketen uit
hoofdstuk 0.1 is de leidraad van dit
hoofdstuk.
2.1
Verhoudingen
Om tot een stabiel, kansrijk en in-
novatief ondernemersklimaat te
komen is samenwerking in de triple
helix, tussen ondernemers, onder-
wijs en overheid een belangrijke
factor. Binnen deze driehoek is er
bij ondernemers nog een te weinig
solide verbinding tussen de crea-
tieve sector en de reguliere sector.
Terwijl hier juist kansen liggen voor
innovatie, door het verbinden van
creativiteit met kennis/talent, indus-
trie en technologie.
In figuur 8 zijn de verhoudingen in
de triple helix weergegeven in relatie
tot de markt en wordt de creatieve
sector verbonden met de reguliere
sector. Het schema geeft weer dat
er potentie zit in services en facili-
taire diensten om de vertaalslag te
maken in het proces van de econo-
mische waardeketen van creatieve
producten en diensten. De services
richten zich in deze voornamelijk op
de schakering van een solide ketting
tussen schakels in de waardeketen
en facilitaire diensten op bedrijfsvoe-
ring.
2
Bevordering van de
creatieve industrie.
Kunst &
Cultuur
Media &
Entertainment
Toegepaste
kunst
Research &
Development
Portfolio workers/coworking
Projectteams of individueel
Creatieve Industrie
Kleinschalig, veelal kleine bedrijven
Huisvesting/clustering
Formula manager, blower,
incubator
Prototyping Agents Standards
& norms
Lawyers,
IP
Brokers Business-
angels,
funders
Boekhouders,
accountants,
administratie
Developers
Marketeers
Markt
(Semi)
overheid
Kennis-
instituten
Kennis & ervaring
Product developers
& processen
Oefening & ervaring
Industrie
Commercie
Kennis & vooruitgang,
werk, stadsmarketing
Stimulatie &
entrepeneurschap
Beleid, vooruitgang
& werk
Intelligente authentieke
producten & servicesPro-sume
Producten onder licensie voor de markt creëren
Inhouse producten op de markt brengen en
daaromheen een organisatie bouwen
*C2
*C1
*C1
*C2
Figuur 8: Verhoudingen
in de triple helix 10
10 Elke Frye, Frye
Concepts, Eindhoven,
september 2010
22
23. In figuur 8 zijn de vier creatieve clus-
ters weergegeven. Kunst en cultuur
(cluster 1) zijn hierin meegenomen
omdat er cultureel ondernemer-
schap ontstaat wanneer kunst en
cultuur samenwerken met de drie
creatieve clusters waarin onderne-
merschap huist en waarin vanuit een
meer commerciële gedachte wordt
gewerkt.
De pijlen en de eerste cirkel vanuit
de kern geven de werkwijze van de
creatieve sector weer en de cirkels
daaromheen hun fysieke omgeving.
De pijlen tussen de creatieve sector
en kennisinstellingen geven aan dat
de samenwerking tussen deze par-
tijen veelal berust op het vergaren
van nieuwe kennis, leren in de prak-
tijk en het uitwisselen van ervaringen
en kennis.
Kennisinstellingen kunnen tevens
een verbinding leggen naar de
reguliere sector en de markt, door
het netwerk dat zij aan zich hebben
weten te verbinden en daar staat de
pijl tussen kennisinstellingen en de
reguliere sector of de markt voor. Te-
vens geeft deze pijl aan dat kennis-
instellingen de processen in en met
de reguliere sector kennen en uit
deze samenwerking kunnen nieuwe
productontwikkelingen voortkomen.
De pijlen tussen de creatieve sec-
tor en overheid geven aan wat de
economische en maatschappelijke
meerwaarde van de creatieve indus-
trie is voor de overheid en tevens
wat de rol van de overheid is om
deze meerwaarde te doen groeien
en vast te houden.
Ook voor de overheid is er een rol
weggelegd om netwerken over
elkaar te leggen en daarmee een
brug te slaan tussen de creatieve
en de reguliere sector. Tevens kan
de overheid met haar beleid invloed
uitoefenen op de totstandkoming
van samenwerking tussen reguliere
en creatieve sector, het stimuleren
van innovatie en de groei van de
creatieve sector, door in te spelen
op deze ‘eigen’ manier van werken
en leven (zie hoofdstuk 1.1 Kenmer-
ken Creatieve Industrie). De verbin-
ding die loopt tussen consumenten
en creatieve sector heeft betrekking
op de steeds grotere invloed van
de consument op de ontwikkeling
van producten en diensten, waar
de creatieve sector met gemak op
inspeelt. De creatieve industrie kan
de consument op maat gemaakte
producten aanbieden of producten
waarmee de gebruiker zich kan
identificeren. Dat wordt bedoeld
met de verbinding tussen creatieve
industrie en consument.
De twee gestippelde pijlen geven
aan dat de creatieve ondernemer
met een uniek idee eerst een keuze
moet maken, onder welke voorwaar-
den hij zijn product of dienst in de
markt wil zetten en daarmee gaat
een ondernemingsplan gepaard.
Vervolgens worden stappen gezet in
de economische waardeketen van
een product of dienst om de markt
te kunnen bereiken, hierin spelen
verschillende facilitaire diensten en
services een belangrijke rol bij de
slagingskans van een te ontwikkelen
product of dienst. Dit wordt weer-
gegeven in de lijn tussen creatieve
en reguliere sector. Door consumen-
tenfeedback kan uiteindelijk een
product of dienst worden verbeterd
of kan er een nieuw idee ontwikkeld
worden.
23
24. 2.2
De economische
waardeketen in de
creatieve industrie
De economische waardeketen geeft
het productieproces van een goed
of dienst weer zoals dat binnen een
sector verloopt. In iedere fase ont-
vangt het product of dienst een ex-
tra meerwaarde en komt het steeds
dichter bij zijn afzetmarkt. Elke
schakel is van essentieel belang om
van een idee een product of dienst
te maken dat de markt bereikt.
In de creatieve waardeketen zien
we de verbinding tussen creatieve
industrie, ondersteunende crea-
tieve industrie en de maakindustrie.
In tegenstelling tot de industriële
waardeketen, bestaat de waarde-
keten van de creatieve industrie uit
bedrijfstakken die allemaal onvoor-
waardelijk afhankelijk zijn van crea-
tieve grondstof. Elke schakel draagt
in meer of mindere mate bij aan
de productie van een symbolische
meerwaarde.
De creatieve waarde doorloopt alle
bedrijfstakken en kan door elk van
de spelers worden aangetast. Som-
mige ideeën grijpen in hun proces
meer naar de esthetische input dan
andere.
De creatieve industrie speelt in op
de marktwerking, maatschappelijke
veranderingen en –problemen, maar
ook op behoeften van de consument
en van de samenleving. Hieruit ont-
staan ideeën voor nieuwe producten
en diensten, waarbij de nadruk ligt
op kennis, beleving en toepasbaar-
heid. In figuur 9 is de creatieve sec-
tor verbonden met de economische
waardeketen.
Binnen de creatieve industrie mani-
festeert zich ook de stroming welke
meer cultureel/georiënteerd is. Deze
culturele waardeketen kenmerkt zich
door opdracht verstrekking vanuit
particulieren, ondernemingen en
overheid. Het betreft veelal uitingen
van creativiteit in beeldende kunst
en podiumkunst.
De bedenkers, initiatiefnemers en
ontwikkelaars staan in de creatieve
waardeketen voorop, omdat hier de
creatie van een idee plaats vindt.
Vervolgens word met dit idee een
proces doorlopen, van initiatieffase
tot beheerfase. De te nemen stap-
pen in dit proces vormen de econo-
mische waardeketen in de creatieve
industrie en met elke stap wordt
naar een tastbaar product of een
tastbare dienst gewerkt dat in zijn
markt kan worden afgezet.
Wanneer verschillende creatieve
sectoren met elkaar samenwer-
ken om een nieuw idee te vormen
ontstaat er kruisbestuiving en dat
kan uiteindelijk tot innovatie leiden.
Innovatie ontstaat als er over de
gehele creatieve waardeketen invul-
ling wordt gegeven aan een idee,
dat inhoudelijk wordt onderbouwd
en technisch wordt doorontwikkeld,
vanuit diverse invalshoeken.
Waardeketens AV Industrie Mode-
industrie
Muziek-
industrie
Beeldende
kunst-
industrie
Media-
industrie
architectuurs-
industrie
Vomgevings-
industrie
Podium-
industrie
Research &
Development
technologie
Creatie
Research &
Development
Reproductie
Distributie
Markt
Archivering
tomarket
kruisbestuiving
innovatie
Figuur 9: De creatieve
waardeketen 11
11 Elke Frye,
Frye Concepts,
John Krijger, RTE Adviesgroep
en Harrie Dona,
Dona Consult,
Eindhoven/Tilburg,
september / oktober 2010
24
25. Dat wil zeggen dat er over de gehele
waardeketen, door verschillende
creatieve sectoren, kennis wordt
uitgewisseld en doelgericht wordt
samengewerkt om van een idee een
product of dienst te ontwikkelen en
te produceren, dat vernieuwend is,
toegepast is en een meerwaarde
genereert vanuit de markt.
In het innovatieproces is het van
belang om over de eigen grenzen
binnen een sector heen te durven
kijken en out-of-the-box te durven
denken, daarnaast is vertrouwen in
elkaars kennis, kwaliteit en integriteit
van uiterst belang. Innovaties komen
maar moeilijk tot stand zonder ver-
trouwen in elkaar en daarin kan een
vertrouwde omgeving, met betrouw-
bare informatie aan bijdragen.
Om met een idee stappen te kunnen
zetten in de waardeketen is het van
belang dat men de juiste schakels
vindt en daar kan een doorzichtige
en hoogwaardige infrastructuur,
met een betrouwbaar netwerk aan
bijdragen.
Elke creatieve sector kent een eigen
waardeketen, met eigen schakels in
zijn proces (deze zijn in bijlage 3 van
dit document uitgewerkt en nader
toegelicht). Helaas vormen deze
schakels in de creatieve industrie
niet altijd een solide ketting. De weg
naar de markt, naar de klant, is niet
altijd helder voor een creatief onder-
nemer, die maar moeilijk in proces-
sen en kaders kan denken. De crea-
tieve industrie kent een geheel eigen
proces om tot een idee te komen en
samenwerken, stappen zetten met
gelijkgezinden, is dan ook niet het
probleem. Alleen wat vervolgens toe
doen met een idee en welk proces
te doorlopen is voor de creatieve
sector niet duidelijk en moeilijk.
Het proces dat volgt op creatie
is namelijk een stappenplan dat
veelal in kaders is vastgelegd. Voor
de reguliere sector is dit proces
vanzelfsprekend en van absoluut
belang om een idee te verwezenlij-
ken. Het is voor reguliere bedrijven
vaak onduidelijk wat de creatieve
sector voor hen kan betekenen en
business-to-business relaties komen
tussen de creatieve sector en de
reguliere sector dan ook maar moei-
lijk tot stand. De kloof tussen de
reguliere sector en creatieve sector
wordt vooral veroorzaakt door onbe-
grip voor elkaars manier van werken.
De reguliere bedrijvigheid werkt veel
meer in structuren en hiërarchieën,
terwijl de creatieve bedrijvigheid een
veel vrijere, flexibele manier van wer-
ken kent. In de creatieve industrie
wordt vaak gewerkt met wisselende
projectteams van verschillende
(kleine) ondernemingen die hun
kennis en kwaliteit bundelen bij de
uitvoering van een opdracht. Deze
kleinschaligheid en flexibiliteit in de
creatieve sector, maakt het de regu-
liere sector moeilijk om een creatief
bedrijf op zijn stabiliteit, kwantiteit
en kwaliteit te beoordelen. Hieraan
liggen de verschillen in bedrijfsvoe-
ring ten grondslag.
Voor het slagen van een idee en
het doorlopen van de stappen in
de waardeketen, is het echter van
essentieel belang dat er duurzame
business-to-business relaties ont-
staan tussen de creatieve en de
reguliere sector. Daarvoor zijn scha-
kelaars nodig die zowel kennis heb-
ben van de creatieve als de reguliere
sector en beide processen. We
vinden deze schakelaars in verschil-
lende services, als kennismakelaars
en agentschappen bijvoorbeeld.
2.3
Services
Het gat tussen de creatie en de
ontwikkeling van ideeën vanuit de
creatieve industrie en de markt kan
vooral gedicht worden door het vin-
den van de juiste services. Services,
die in het proces van de waardeke-
ten, de creatieve industrie kunnen
verbinden met reguliere partijen.
Vraag en aanbod moeten in dit pro-
ces op een heldere manier bij elkaar
worden gebracht, door partijen die
zowel kennis van de creatieve als de
reguliere sector hebben en de meer-
waarde voor elkaar aantoonbaar
kunnen maken.
In Europese landen is de economi-
sche waardeketen in het proces van
een creatief of innovatief idee naar
een tastbaar product of dienst, dat
in de markt kan worden afgezet,
gelijk. De te nemen stappen in de
waardeketen en de verbindende
elementen in de schakels zijn in
Europa, op enige nuance verschil-
len, eveneens gelijk aan elkaar. In
Figuur 10 zijn de stappen met de
daaraan verbonden services, die als
schakelaars in de waardeketen die-
nen, schematisch weergegeven. De
organisaties die onder een bepaalde
service vallen, zijn in Europa echter
verschillend en kunnen op regionaal
en/of landelijke schaal worden inge-
vuld en verbonden aan de stappen
in onderstaand schema.
De services behoren tot de onder-
steunende creatieve industrie.
25
27. De uitvoering van het idee krijgt in
eerste instantie vorm, door te kiezen
voor het uitbrengen van een product
of dienst onder licentie of door een
eigen onderneming te bouwen om
het product of de dienst heen. Bij
beide keuzen wordt het idee vervol-
gens vertaald naar een onderbouwd
businessplan.
Vanuit deze strategische en onder-
bouwde keuze, kan het pad voor de
creatieve ondernemer met zijn idee
worden uitgestippeld en geconcre-
tiseerd tot aan zijn afzetmarkt. In
dit pad worden per stap de juiste
servicepartijen gekoppeld aan het
proces van het idee en daarin komt
ook de verbinding naar de reguliere
sector tot stand.
Elke creatieve sector kent zijn eigen
services, zo kent bijvoorbeeld
de modebranche andere service
organisaties dan bijvoorbeeld de
meubelbranche of de muziekbran-
che, in bijlage 3 zijn de verschillende
services per creatieve sector zicht-
baar gemaakt in een schema van
hun waardeketen.
De services die een creatief onder-
nemer in zijn proces van dienst kun-
nen zijn, zijn voornamelijk afhankelijk
van datgene de ondernemer in de
markt wil zetten en de keuze die de
ondernemer met betrekking tot zijn
idee maakt. Er kan aan de hand van
de zakelijke keuzen die een onder-
nemer in relatie tot zijn idee maakt
een consortium rondom een idee
ontstaan dat de fasen in de waarde-
keten bewaakt.
De services en de onder andere
daarbij horende technische ontwik-
kelingen zijn voor creatieve produc-
ten en diensten heel specifiek, door
de emotionele of wel de esthetische
waarde van deze producten en dien-
sten, die veelal te maken hebben
met intellectual property (IP).
De zakelijke keuzen die een onder-
nemer in relatie tot zijn idee maakt,
hebben betrekking op strategie en
bedrijfsvoering en daarvoor zijn
ondernemersvaardigheden nodig.
Bij deze keuzen is in de creatieve
sector de ondersteuning van facili-
taire diensten van uiterst belang, als
bijvoorbeeld juristen, accountants en
belastingadviseurs.
2.4
Facilitaire diensten
Creatieve entrepreneurs zijn on
dernemend in het bedenken van
nieuwe producten en diensten, in
bedrijfsvoering is de creatieve sector
in algemene zin echter een min-
der goede ondernemer. Creatieve
ondernemers worstelen vaak met
strategische keuzen rondom hun
ideeën en met strategische keuzen
rondom hun bedrijfsvoering. De keu-
zen die gemaakt moeten worden zijn
onder meer afhankelijk van de fase
waarin de onderneming zich bevindt
(zie figuur 4 ondernemersfasen,
hoofdstuk 1.2) en waar deze naartoe
wil groeien.
De facilitaire diensten zijn voor een
groot deel gelijk in de verschillende
fasen van een onderneming, alleen
zijn de vragen verschillend per on-
dernemersfase en creatieve sector.
Een creatief ondernemer kan in
zowel zijn prestart- als zijn doorstart-
fase bijvoorbeeld vragen hebben
over de vorm van zijn onderneming.
Voor het antwoord kan hij in beide
gevallen terecht bij facilitaire dien-
sten als een accountant of de Kamer
van Koophandel.
Voor de creatieve industrie is het
veelal van belang om betrouwbare
facilitaire diensten te vinden die bij
hun creatieve sector passen en die
kennis hebben van creatief onderne-
merschap. Hierin kunnen vraag en
aanbod nog veel dichter bij elkaar
worden gebracht.
We onderscheiden drie verschillende
vormen van facilitaire diensten die in
de creatieve sector van belang zijn
(zie ook hoofdstuk 1.2):
1. Programma’s en projecten van
de overheid of daaraan gelieerde
instellingen.
2. Commerciële facilitaire dien-
sten.
3. Huisvesting (zowel tijdelijk als
permanent).
Er zijn verschillende programma’s
ingericht door bijvoorbeeld over-
heden, brancheorganisaties en
instellingen zoals het onderwijs, om
creatief ondernemerschap te onder-
steunen en te stimuleren (zie bijlage
4; voorbeelden van programma’s ter
ondersteuning van creatief onderne-
merschap).
Voornamelijk zijn dit tools die zijn
ontwikkeld om creatieve onderne-
mers handvaten aan te reiken in
hun bedrijfsvoering. Te denken valt
hierbij aan mapping, workshops,
cursussen, informatieverstrekking
(inlichting), netwerkactiviteiten, in-
novatieprogramma’s, co-creatie acti-
viteiten en persoonlijke begeleiding
aan ondernemers in het maken van
keuzes en het leggen van verbindin-
gen naar reguliere bedrijven. Deze
programma’s hebben veelal betrek-
king op prestarters en starters in de
creatieve sector, omdat naarmate
een ondernemer groeit, deze steeds
professioneler en zelfstandiger
wordt en daardoor minder behoefte
heeft aan begeleiding.
De behoefte aan verbinding met de
reguliere sector blijft echter (meestal
in afnemende mate) bij de crea-
tieve ondernemer aanwezig en dat
heeft voornamelijk te maken met de
kleinschaligheid van de creatieve
sector, de wisselende samenstel-
lingen waarin gewerkt wordt en de
kloof tussen vraag en aanbod in de
economische waardeketen van cre-
atieve producten en diensten.
In de doorstartfase is er voorname-
lijk vraag naar investeerders en/of
zakelijk adviseurs die een onderne-
ming en/of een idee naar een hoger
niveau kunnen tillen, door zich te
committeren. Hierin kunnen zowel
de commerciële als de niet commer-
ciële facilitaire diensten een advi-
serende en verbindende rol spelen.
Stabiliteit en duurzaam ondernemen
speelt een belangrijke rol in de door-
startfase van een onderneming.
27
28. Het vinden van de diverse en erg
uiteenlopende programma’s in ver-
schillende instellingen, die thema-
tische en op maat gemaakte infor-
matie moeten bieden, wordt door
creatieve ondernemers vaak als
ondoorzichtig en complex ervaren.
De programma’s schuilen namelijk
vaak in grote, ondoorzichtige en
complexe organisaties, er is geen
helder overzicht van het aanbod en
de meerwaarde, programma’s zijn
versnipperd en er bestaat veel over-
lap bij aanbieders. Er ontbreekt een
paraplu die het totale aanbod aan
niet-commerciële facilitaire diensten
met hun programma’s helder in kaart
brengt, in relatie tot de vragende
kant.
Er is voor de creatieve industrie
bijvoorbeeld niet één overkoepe-
lende brancheorganisatie tot welke
creatieve ondernemers zich kunnen
wenden om hun vragen te depone-
ren en advies in te winnen. De grote
hoeveelheid en ondoorzichtigheid
aan instanties die de creatieve sec-
tor moeten helpen bij het zetten van
stappen in hun bedrijfsvoering zorgt
daarmee voor “een pad met veel
beren op de weg” en doet erg cha-
otisch aan. Transparantie in welke
instanties een helder pad kunnen
vrijmaken is gewenst.
De programmaonderdelen die zich
richten op persoonlijke begeleiding
hebben vaak maar een klein bereik,
omdat er maar een selectief aantal
ondernemers voor in aanmerking
komen, er onvoldoende capaciteit is
om de begeleiding te versterken en
daarmee ook het bereik te vergroten
en er met weinig capaciteit maar
moeilijk multidisciplinair gewerkt kan
worden.
De commerciële facilitaire diensten
hebben betrekking op de bedrijfs-
voering van, en zakelijk advies
aan creatieve ondernemers. In de
reguliere sector zien we hierbij veelal
eenzelfde behoefte. Het verschil
met commerciële facilitaire diensten
is de kennis van de markt die ze
bedienen. In algemene zin gaat het
om administratieve ondersteuning,
boekhouders, accountants, juristen,
marketeers, zakelijk adviseurs en
investeerders.
Huisvesting geeft een plek aan
creatieve entrepreneurs waar zij hun
activiteiten kunnen ontplooien en
uitvoeren. De huisvesting is speci-
fiek op de behoefte van creatief on-
dernemerschap ingericht en voldoet
aan de kenmerken van een creatieve
omgeving, zoals omschreven in
hoofdstuk 1.3.
Een vaste plek, met de juiste sfeer
is immers van belang om te kunnen
werken, te ondernemen en anderen
te ontmoeten, waardoor de onder-
nemer zijn netwerk uit kan breiden
en in verschillende samenstellingen
projecten tot uitvoering kan brengen.
Facilitaire diensten kunnen onder
andere door netwerken over el-
kaar te leggen en processen helder
uiteen te zetten, uitkomst bieden bij
het vinden van de juiste services in
de economische waardeketen van
een product of dienst.
2.5
Het programma
vanuit ECCE part-
nerstad Eindhoven
In het kader van het Europese Inter-
regregionale project ECCE zijn door
de partner Eindhoven, een aantal
tools ontwikkeld die bijdragen aan
de verbinding tussen de creatieve
sector en de reguliere sector in zo-
wel de eigen regio als in de partner-
regio’s.
2.5.1
Gids Creatief
en Innovatief
Ondernemen
De gemeente Eindhoven heeft in
2008 een start gemaakt met het
ontwikkelen van een tool die de
mogelijkheid biedt om ondernemers
doelgericht van dienst te kunnen
zijn met thematische informatie
over organisaties die de creatieve
sector ondersteunen. De informa-
tie is schematisch en overzichtelijk
weergegeven in een handzame gids,
genaamd: ‘Creatief en Innovatief
Ondernemen’.
In 2010 is de gids ‘Creatief en In-
novatief Ondernemen’ aan de hand
van dit onderzoek herzien. De gids
omvat nog steeds thematische
informatie met betrekking tot orga-
nisaties die de creatieve industrie
dienen, alleen is deze informatie
gestructureerd en gesorteerd aan de
hand van de te nemen stappen in de
economische waardeketen van de
creatieve sector. De boomstructuur,
zoals in figuur 10 van hoofdstuk 2.3
toegelicht, vormt het uitgangspunt
voor de inhoud en de structuur van
de gids.
28
29. Door uit te gaan van de boom-
structuur en daarmee de te nemen
stappen in de economische waar-
deketen, kan de gids op lokaal,
regionaal of zelfs landelijk niveau
worden gevuld met organisaties die
horen bij de te nemen stappen in de
creatieve waardeketen. Dit maakt de
gids tot een handzaam middel om
inzicht te krijgen in de economische
waardeketen van creatieve produc-
ten en diensten. Bij elke stap van de
waardeketen kan met de gids ver-
geleken worden welke organisaties
en programma’s in de regio eraan
gekoppeld zijn, met welke stappen
een idee de markt kan bereiken en
welke organisaties in de stappen
van de waardeketen van belang zijn.
Op die manier kunnen programma’s
naast elkaar worden gelegd en ver-
geleken op regionale, landelijke en
Europese schaal en kan een betere
afstemming in diverse initiatieven
plaatsvinden.
Door de boomstructuur als uit-
gangspunt te nemen, wordt de
inhoudelijke informatie transparant
en doelgericht aangeboden aan de
doelgroep: de creatieve ondernemer.
Met de gids kan een stap gezet wor-
den in de begeleiding van creatieve
ondernemers en in de verbinding
tussen de creatieve en de reguliere
sector, waardoor de creatieve on-
dernemer doelgericht wordt gefacili-
teerd in zijn informatiebehoefte.
Niet alleen op regionale schaal biedt
de herziene gids uitkomsten. Want
wordt de gids door verschillende
internationale regio’s gehanteerd,
dan maakt de gids het voor crea-
tieve ondernemers eenvoudiger om
zaken in een andere regio te doen
en kan op een handzame manier
een aanspreekpunt in een andere
regio worden gevonden. De gids kan
door verschillende instellingen en
programma’s worden gebruikt bij het
verschaffen van op maat gemaakte
informatie voor creatieve onderne-
mers.
Omdat Eindhoven een gemêleerd
creatief ondernemend publiek
heeft, dat door o.a. opleidingen als
The Design Academy en Industrial
Design veelal van internationale
afkomst is, is de gids in zowel het
Nederlands als het Engels uitge-
bracht en omvat de gids een hoofd-
stuk internationaal ondernemen.
Het hoofdstuk internationaal on-
dernemen komt tevens voort uit de
flexibiliteit van de creatieve industrie
en het niet locatiegebonden werken
van deze sector. De netwerken tus-
sen creatieven in Eindhoven onder-
ling zijn groot en reiken vaak ver
buiten onze regionale en landelijke
grenzen, waardoor internationaal on-
dernemen een vrij logisch gevolg is
van creatief ondernemerschap.
De gids geeft de creatieve onderne-
mers een helder beeld van het pad
dat zij in hun waardeketen zullen
bewandelen om de markt te kun-
nen bedienen en welke services hen
daarbij verder kunnen helpen. Daar-
naast geeft de gids inzicht in bran-
cheorganisaties die de verbinding
moeten leggen naar de reguliere
sector uit de regio. Verder is de gids
voor de gemeente Eindhoven een
hulpmiddel om creatieve onderne-
mers te stimuleren en te ondersteu-
nen in hun groeiproces
In bijlage 5 is de gids creatief en
innovatief ondernemen toegevoegd
aan dit document.
2.5.2
Creative Guide
Eindhoven Region
De ‘Creative Guide Eindhoven Re-
gion’ is een online mapping tool die
door Eindhoven als partner van het
ECCE project ontwikkeld is.
Het ECCE project kenmerkt zich
door het verbinden van netwerken in
en met de creatieve industrie en dat
is de functie van de ‘Creative Guide’
voor de regio Eindhoven. Er is in
deze online tool echter nog geen
concrete stap gezet om het creatie-
ve netwerk ook met een netwerk aan
reguliere bedrijven te verbinden. Op
de website wordt de ‘creative guide’
als volgt omschreven:
Creative Guide Eindhoven Region
“Grote en kleine innovaties worden
in de regio Eindhoven ontwikkeld
en gerealiseerd. Steeds vaker wordt
daarbij een beroep gedaan op het
inspirerend vermogen van de crea-
tieve sector, omdat die leidt tot een
toegevoegde waarde. De Creative
Guide is ontwikkeld om de volledige
breedte van het creatieve potentieel
in de regio zichtbaar en bereikbaar
te maken.
Creative Guide Eindhoven Region is
een database met contactgegevens
en beeldmateriaal van meer dan
1000 creatieve en culturele onder-
nemers, bedrijven, organisaties en
instellingen uit de regio. De database
is zowel interessant voor bedrijven,
die bijvoorbeeld op zoek zijn naar
een geschikte ontwerper, schrijver
of fotograaf, als voor creatieven zelf.
Het stimuleert samenwerking en
kruisbestuiving tussen creatieven
onderling.” 13
13 Creative Guide
Eindhoven Region,
geraadpleegd op
www.creativeguide.nl
(20-01-2011).
29
30. De creatieve en culturele bedrijvig-
heid, die als content dient voor de
online tool, is gecategoriseerd in
creatieve beroepen met daaraan
gekoppelde ondersteunende instel-
lingen en organisaties, waaronder
wordt verstaan podia, werkplaatsen
en kennisinstellingen.
Bij overige instellingen vinden we
voornamelijk ondersteunende
creatieve industrie, alleen is deze
informatie incompleet en onge-
structureerd. De overige instellingen
bestaan veel minder uit services die
ook daadwerkelijk onderdeel van de
waardeketen zijn.
De ‘Creative Guide’ is min of meer
een Gouden Gids aan creatieve en
culturele organisaties uit de regio
Eindhoven, bedoeld voor creatieven
onderling en bedrijven of particulie-
ren die naar een bepaalde creatieve
of culturele organisatie op zoek zijn.
Vraag en aanbod in de creatieve
industrie en het invullen van de
economische waardeketen zijn geen
onderdeel van de ‘Creative Guide’
en in die zin wordt het reguliere be-
drijfsleven dan ook niet verbonden
met de creatieve industrie.
Er is ook een fysieke uitgave van de
‘Creative Guide Eindhoven Region’
in de vorm van een boekje met
adressen gestructureerd in creatieve
beroepen, ook deze komt overeen
met een Gouden Gids aan creatieve
bedrijvigheid uit de regio Eindhoven.
2.5.3
ECCE
Transfer Agents
In de ECCE partnersteden, Eind-
hoven (NL), Nantes (F), Aachen (D),
Stuttgart (D), Birmingham (UK),
London (UK), Cardiff (UK) en Dublin
(I), zijn ‘Transfer Agents’ werkzaam,
die onder meer de verbinding leg-
gen tussen de creatieve sector en
de commerciële facilitaire diensten,
services en de reguliere sector. Zij
werken veelal op persoonlijke basis
samen met creatieve ondernemers.
Daarom is voor hun de herziene gids
‘Creatief en Innovatief Ondernemen’
een handzame tool om de verbin-
ding met de reguliere sector tast-
baar te maken in de economische
waardeketen.
Er is echter maar één Transfer Agent
per ECCE partnerland actief en dat
maakt het bereik in relatie tot de
schaal waarin de Transfer Agent
werkt beperkt. Eén Transfer Agent
is niet in staat om in de totale vraag
van de creatieve sector te voorzien,
vooral omdat het werk van de Trans-
fer Agent veelal gebaseerd is op
persoonlijk contact. Er is dus maar
een selecte groep creatieve onder-
nemers die door de Transfer Agent
kan worden begeleid en voorzien
van toegepaste informatie.
In de reguliere sector zijn ook
Transfer Agents actief. Hieronder zijn
de reguliere definitie en de ECCE
definitie van een Transfer Agent
uiteengezet.
Definitie van een reguliere Transfer
Agent is als volgt:
“An agent employed by a corporati-
on or mutual fund to maintain share-
holder records, including purchases,
sales, and account balances.” 14
In de reguliere sector is een Transfer
Agent in dienst van een organisatie
en behartigt hij de belangen van de
organisatie en zijn aandeelhouders.
Zijn speelveld is helder en gekaderd
en heeft betrekking op de gang van
zaken in de organisatie waar hij voor
werkt en de sector waarin de organi-
satie werkzaam is.
De definitie van de ECCE Transfer
Agent is:
“Utilising the ECCE Transfer Agents
as creative and cultural brokers for
the development of relationships,
ideas generation and collaborative
partnership development between
the higher education sector, tra-
ditional businesses and support
agencies. The task is to accompany
creative entrepreneurs (or “CCIs”)
by linking them with professionals
from other industry sectors, with in-
vestors, with public authorities, with
knowledge providers and with other
artists and creatives with a view to
developing new market opportuni-
ties for their works, their products
and their services.” 15
14 Originele definitie
geraadpleegd op www.
investorwords.com/46 /
account_balance.html
(08-02-2011)
15 ECCE Innovation
Network, Response to
the Commission’s Green
Paper: “Unlocking the
potential of the cultural
and creative industries in
Europe”, Nantes, 2010
30
31. De ECCE Transfer Agent taak heeft
betrekking op een grote schaal met
een breed speelveld in de diverse
creatieve sectoren. Taak van de
Agent is om in de behoefte van
contact met de reguliere sector te
voorzien en om creatieve ideeën een
impuls te geven.
De vraag naar deze Agent is echter
veel groter dan het huidige aanbod
van één persoon. Daarnaast heeft
de Agent veelzijdige en brede kennis
nodig om alle creatieve sectoren te
kunnen bedienen, waardoor het een
onhaalbare taak is om diepgaande
begeleiding aan te bieden en het
totale scala aan creatieve industrie
te kunnen ondersteunen.
Gewenst is een tool die de creatieve
industrie in de breedte voorziet van
diepgaande begeleiding en toege-
paste informatie die op maat wordt
gemaakt, met daarnaast een groot
bereik. Op die manier kan de Trans-
fer Agent zich richten op een selecte
groep aan potentieel, die persoon-
lijke begeleiding behoeven.
Desalniettemin spreken we in de
creatieve industrie van onderne-
merschap, dat uiteindelijk op eigen
benen moet kunnen staan en zich
in de markt weet te manifesteren.
De markt reguleert zich uiteindelijk
zelf, talent en kwaliteit komt over het
algemeen tot zijn recht. De crea-
tieve ondernemer hoeft dan ook niet
‘gepamperd’ te worden door hem
te voorzien van een ‘gespreid bed’,
hij heeft een handreiking in de juiste
richting nodig, om tot zijn recht te
kunnen komen als ondernemer.
Vanuit de overheid en de Transfer
Agent’s moet een faciliterende hou-
ding aanwezig zijn en deze moet ook
geaccepteerd worden door de crea-
tieve industrie. Een belangrijke stap
om deze acceptatie te realiseren is
ervoor te zorgen dat Transfer Agents
de zelfde ‘taal’ spreken als de
creative industrie en inzicht hebben
in hun behoeften en wensen. Door
elkaar te begrijpen kan de vraag-
stelling vanuit individuele bedrijven
sneller in beeld gebracht worden en
kan een oplossingsrichting worden
aangedragen voor zover de oplos-
sing niet reeds door de Transfer
Agent geboden kan worden. Inzicht
in oplossingen en organisaties die
deze oplossingen bieden is dan ook
een cruciale eigenschap van een
Transfer Agent.
Aanspreekbaarheid en oplossings-
gerichtheid moeten de vertaling van
de faciliterende rol vanuit de over-
heid of ander uitvoeringsorganisaties
representeren.
31
32. De netwerken tussen creatieven
onderling zijn sterk en reiken vaak
ver buiten onze regio of landsgren-
zen, het probleem zit dan ook niet in
het elkaar, als creatieve ondernemer,
vinden.
Zonder enige moeite ontstaan er
cross-overs en kruisbestuivingen
tussen creatieve ondernemers, van
waaruit nieuwe ideeën ontstaan en
innovatieve producten en diensten
voort komen.
Het probleem schuilt in het vinden
van marktpartijen en services die
deze producten kunnen ontwikkelen
en in de markt kunnen zetten. Het
gaat hierbij om leggen van duurza-
me business-to-business relaties.
Online (mapping) instrumenten kun-
nen bijdragen aan het verbinden van
vraag en aanbod tussen de crea-
tieve sector en de reguliere sector,
maar ook tussen creatieve sector
en kennisinstellingen en overheden.
Alleen worden deze instrumenten tot
op heden niet daarvoor ingezet.
De mapping instrumenten richten
zich tot op heden voornamelijk op
het in kaart brengen van de creatie-
ve industrie en het tot stand bren-
gen van netwerken in de creatieve
sector. Dit heeft veelal te maken met
de ondoorzichtigheid en diversiteit
in de sector waarop overheden nog
maar weinig grip hebben. Een online
instrument dat vraag en aanbod bij
elkaar brengt, kan bijdragen aan
het genereren van geanalyseerde
data, die de impact van de creatieve
industrie meetbaar maakt.
3.1
Mapping
instrument:
definitie en
gebruik
De technische term ‘mapping
instrument’ kent de volgende
definitie:
“Object-relational mapping (ORM) is
een software ontwikkeling, een tech-
nische applicatie, waarvan een pro-
gramma geschreven in een object-
georiënteerde programmeertaal, de
objecten in een relationele database
kan opnemen. Het programma toont
vervolgens de database als een ob-
jectgeoriënteerde database, die de
programmering vereenvoudigt.” 16
Een mapping instrument wordt
gebruikt om data inzichtelijk te
maken en gecategoriseerd weer te
geven, waardoor eenvoudig toegang
gevonden kan worden tot specifieke
informatie uit een database. Zaken
worden daarmee helder in kaart
gebracht en uiteengezet, waardoor
bijvoorbeeld met een zoekterm of
een schaal, informatie op maat kan
worden samengesteld.
3
De Online
Instrumenten
16 Originele defini-
tie geraadpleegd op
en.wikipedia.org/wiki/
Object-relational_mapping
(08-12-2010)
32
33. Een slim ontwikkeld mapping instru-
ment kan de stappen in de econo-
mische waardeketen van creatieve
producten en diensten, koppelen
aan bedrijven, organisaties en instel-
lingen uit diverse sectoren die de
schakels concreet kunnen invullen
voor een idee. Op die manier vormt
het instrument de schakel tussen
vraag en aanbod vanuit verschil-
lende invalshoeken:
• tussen creatieve ondernemers
en services;
• tussen creatieve ondernemers
en facilitaire diensten;
• tussen de creatieve sector en de
reguliere sector;
• tussen creatieve ondernemers in
de verschillende creatieve secto-
ren onderling.
Het instrument omvat een totaal-
overzicht, waarin men snel en
doelgericht informatie kan vinden.
Het instrument biedt de creatieve
en innovatieve entrepreneurs op
maat gemaakte informatie, want
om innovatie bij ondernemers te
accelereren, is het snel vinden van
juiste, thematische en betrouwbare
informatie van groot belang. Een
dergelijk mapping instrument draagt
bij aan het vinden van een weg naar
nieuwe mogelijkheden voor zowel
de creatieve, als de reguliere sec-
tor, waarmee deze dichter bij elkaar
komen te staan en vraag en aanbod
gefaciliteerd kan worden.
3.2
Status van online
tools in de
creatieve sector
De meeste mapping instrumenten
zijn niet zozeer vanuit de gedachte
en de behoefte van de creatieve
industrie ontstaan, maar veel meer
vanuit de behoefte van overheden
en instellingen, om grip op en inzicht
in deze nieuwe, eigentijdse sector te
krijgen.
De bestaande instrumenten om-
vatten niet het totale scala aan
creatieve bedrijvigheid, branche-
organisaties, reguliere bedrijvig-
heid en het vinden van passende
facilitaire diensten of services. Het
gaat voornamelijk om het in kaart
brengen van creatieve bedrijven, die
gekoppeld worden aan een branche
en de plek waar ze zich bevinden.
Deze voornamelijk online tools zijn
niet ontwikkeld met de gedachte
om de reguliere sector te benaderen
en vraag en aanbod te faciliteren in
relatie tot de creatieve sector. De
mapping tools zijn vrij oppervlak-
kig en komen niet verder dan een
regionale gouden gids, waardoor de
impact van de creatieve industrie
en zijn marktwerking niet meetbaar
is. In veel gevallen laat het beheer
van de tool te wensen over en is de
informatie verouderd of irrelevant.
Door een slecht beheer is het vaak
moeilijk om via zoektermen themati-
sche en op maat gemaakte informa-
tie te vinden.
In bijlage 6 zijn enkele voorbeelden
van mapping instrumenten uiteenge-
zet die de creatieve industrie in kaart
brengen.
Kenmerken en uitgangspunten voor
de huidige mapping tools zijn:
• om de schaal van de creatieve
industrie te kunnen toetsen;
• om vast te kunnen stellen of
creatieve industrie clustert;
• om de zichtbaarheid te vergroten
van de creatieve industrie;
• om creatieve bedrijven met
elkaar in contact te brengen en
samenwerking te stimuleren die
kruisbestuiving en cross-overs
mogelijk maken;
• om te onderzoeken welke cre-
atieve bedrijvigheid zich waar
bevindt;
• om een beeld te krijgen van wat
de creatieve sector is.
De huidige mapping tools zijn daar-
mee te algemeen en richten zich
te veel op het onderlinge contact
tussen creatieve ondernemers.
Daardoor zijn de online mapping
tools onvoldoende bruikbaar voor de
creatieve sector, ze voorzien niet in
de juiste behoefte en doelen worden
niet bereikt.
33
34. Creatieve ondernemers hebben zelf
behoefte aan het op een snelle en
betrouwbare manier vergaren van
relevante informatie over branche-
organisaties in de maakindustrie,
innovatie, facilitaire diensten en ser-
vices. Dit zoekproces is nu moeilijk
en omslachtig, er lijkt geen middel te
zijn dat onder één paraplu en in één
oogopslag informatie verstrekt die
voldoet aan de behoefte in de crea-
tieve sector. Het moeilijk vinden van
concrete en toegepaste informatie
staat het proces van een idee tot
een product in de markt in de weg.
Tevens vertraagt het innovatiepro-
cessen in producten en diensten die
uit de creatieve sector voortkomen.
Het inzichtelijk maken van de totale
economische waardeketen in de
creatieve industrie en het snel
beschikbaar stellen van relevante,
betrouwbare en thematische infor-
matie aan de creatieve sector, om
coöperatie, innovatie, cross-overs
en kruisbestuiving te bevorderen, is
dan ook een uiterste prioriteit om de
sector handvaten te geven die voor
hen ook daadwerkelijk van meer-
waarde zijn en welke vraag en aan-
bod in de creatieve sector dichter bij
elkaar brengen.
Er zijn enkele online tools, al dan
niet commercieel, die vraag- en
aanbodgestuurd werken, alleen zijn
deze weinig gestructureerd en ge-
thematiseerd in het totale scala van
de creatieve industrie. In de meeste
gevallen gaat het over kleinschalig
opdrachtnemerschap in een branche
uit de creatieve sector of over vraag
en aanbod in allerlei sectoren die
onder freelancers en zzp-ers worden
geschaard. (In bijlage 7 staan enkele
voorbeelden van vraag en aanbod
faciliterende online tools.)
Opvallend aan online vraag- en aan-
bodgestuurde tools is:
- de moeilijke vindbaarheid van
de tool;
- het niet helder in beeld hebben
van de doelgroep;
- dat er een onduidelijk doel aan
ten grondslag ligt;
- dat er geen helder concept
onder de tool ligt;
- dat er geen rekening is ge-
houden met de economische
waardeketen van creatieve
producten en diensten;
- dat er geen services en facili-
taire diensten te vinden zijn;
- dat de tool niet transparant is in
zijn content;
- dat er veelal volgens een vei-
lingsysteem wordt gewerkt;
- dat er veelal opdrachten wor-
den aangenomen onder markt-
conforme prijzen;
- opdrachten worden uitgezet
tegen lage vergoedingen, de
verwachting ‘goedkope’ moge-
lijkheden te vinden;
- geen controle op prijsverhou-
dingen;
- geen controle op een heldere
opdrachtformulering;
- veel kleinschalig opdrachtge-
verschap;
- dat er geen professionele en
kwalitatieve verwachtingen
tegenover staan;
- dat er versnippering in het aan-
bod van tools is;
- er worden geen handvaten
gegeven om direct zaken te
kunnen doen;
- dat er geen opdracht kan wor-
den aangenomen zonder tus-
senkomst van een intermediar,
die een fee voor zijn diensten
vraagt.
De creatieve ondernemer lijkt in een
online omgeving veelal zijn ‘ziel te
moeten verkopen’ aan de vragende
zijde om aan opdrachten te komen.
De kleinschaligheid en de ondoor-
zichtigheid draagt niet bij aan een
professionele uitstraling van creatief
ondernemerschap en er wordt maar
weinig mogelijkheid geboden om te
laten zien wat de meerwaarde en de
kwaliteit van de creatieve sector is.
Voorgaande problemen zijn veelal
op te lossen door een onderbouwd
concept te ontwikkelen voor de on-
line tool, die zijn doelgroep met hun
behoefte in kaart heeft en slimme
oplossingen weet aan te bieden.
Vervolgens wordt het concept
omgezet naar een online omgeving.
Door een goed beheer van de online
tool kan de kwaliteit en de profes-
sionaliteit worden gewaarborgd
volgens marktconforme afspraken.
Tevens kunnen de vergaarde data
vanuit zo een mapping tool geanaly-
seerd worden, waarmee marktwer-
king, impact, schaal en dergelijke
thema’s gemeten kunnen worden.
34