2. Programma
Hoe kijk ik naar de implementatie van e-learning?
Jullie belangrijkste lessen
Enkele van mijn lessen
Opdracht
Algemene conclusies
Geleerde les....
7. Leercultuur
Is kennis macht? Intellectueel
eigendom?
Kenniswerkers?
Masculine organisatie?
Mogen fouten gemaakt
worden?
Competitieve sfeer?
Is leren werken?
Status informeel leren?
Wordt kennisdeling
gestimuleerd?
Wordt veel samengewerkt?
Foto: Torjussen
9. Perspectieven op verandering
Blauw: duidelijke doelen en structuur
Rood: beloning en klimaat
Geel: macht en invloed
Wit: chaos en bottom up
Groen: verbeteren van leervermogen
13. Enkele van mijn ervaringen
Almost everything I have learned about IT governance
models and project and portfolio management (PPM) I
learned by doing it wrong.
A CIO shares his lessons learned in project and portfolio management
14. Enkele van mijn ervaringen
Management
Curriculum
Mensen Infrastructuur
15. Fronter (1)
Curriculum
Relatie functionaliteiten - onderwijsproces
Bestaande onderwijs versterken
Mensen:
Grote en brede betrokkenheid bij selectie
Key users
16. Fronter (2)
Management:
Rood-groene aanpak
Gevoel van urgentie
Betrokkenheid
Vertrouwen in projectgroep
Ruimte geven en faciliteiten
Infrastructuur:
Single sign on
Afstemming mogelijkheden infrastructuur en
wenselijkheden
17. Solphay Farmaceuticals (1)
Curriculum
Sterk instructief, wel passend bij organisatie
Management
“Blauwe aanpak”, “Need of urgence”, veel steun
18. Solphay Farmaceuticals (2)
Mensen
Nauw overleg systeembeheer, redelijk wat digibeten,
veel begeleiding, extrinsiek gemotiveerd
Infrastructuur
Verhaal apart…. (niet schaalbaar)
19. Diverse portfolioprojecten (1)
Curriculum
Klassiek, portfolio Fremdkörper
Management
Leeft het bij opleidingsdirecteuren?Duidelijk beleid,
haastig ingevoerd, weinig voorbereidingstijd, CvB
haalt verplichting er af.
20. Diverse portfolioprojecten (2)
Mensen
Niet overtuigd van noodzaak en meerwaarde,
onvoldoende voorbereid (hoe beoordelen etc)
Infrastructuur
Veel kinderziektes, daarna vereenvoudigd
21. PDO Accountancy (1)
Curriculum
Goed doordacht, niet sterk vernieuwend, betrekkelijk
weinig F2F
Management
Idee van opleidingsbestuur, “Gele aanpak” (passend!)
22. PDO Accountancy (2)
Mensen
Docenten zagen de voordelen, tweede lichting
studenten ook
Infrastructuur
In handen van wizzkids, bottleneck bij studenten (in
combinatie met zware content)
24. Algemene conclusies
Kies voor een integrale en Houd rekening met zone naaste
gefaseerde aanpak ontwikkeling van
medewerkers
Communiceer over nut en
noodzaak Ontwikkel strategie hanteerbaar
maken weerstanden
Gebruik ICT die bij leren past
Voorkom vrijblijvendheid Ontwikkel communicatie- en
professionaliseringsaanpak
Toon als management (implementatiefase, maar ook
daadwerkelijk leiderschap incorporatiefase)
Stabiele, betrouwbare, Rekening houden met ‘politiek’
gebruikersvriendelijke
technologie Tel je zegeningen
Houd rekening met de houding Zorg voor intrinsieke motivatie
van medewerkers, en speel daar
op in Houd rekening met de context
25. 1. Integraal en gefaseerde
aanpak
Management
Curriculum
Mensen Infrastructuur
Index
26. Van den Akker: meerderheid
curriculuminnovaties mislukken
inconsistenties tussen het bedoelde,
geïmplementeerde en bereikte curriculum
overambitieuze plannen, onrealistische deadlines en te
weinig investeringen in docenten.
Index
27. Van den Akker: meerderheid
curriculuminnovaties mislukken
inconsistenties tussen het bedoelde,
geïmplementeerde en bereikte curriculum
overambitieuze plannen, onrealistische deadlines en te
weinig investeringen in docenten.
En bij e-learning komt
technologische vernieuwing
nog eens daarbovenop
Index
28. 2. Communiceer over nut en
noodzaak
Strategische doelen vs
operationele doelen
Medewerkers
‘eigenaar’ doelen
Vinden leerlingen
inzet ICT zinvol?
Index
31. Drie elementen
Pedagogical Content Knowledge: Hoe kan bepaalde
leerstof gedoceerd worden?
Technological Content Knowledge: Hoe kun je ICT
kiezen en gebruiken om bepaalde leerstof te
verspreiden?
Technological Pedagogical Knowledge: Hoe kun je
bepaalde technologie inzetten voor leren?
Index
32. Wat is de “zone of
possibility” van onze
technologieën?
In relatie tot inhoud
en didactiek
Punya Mishra in: TPACK explores effective ed-tech integration Source: Entrepremusings
Index
34. Dus belangrijk.....
Wat zijn de leerdoelen?
Welke praktische didactische keuzes maak je?
Welke typen samenhangende leeractiviteiten kies je?
Welke formatieve en summatieve
beoordelingsstrategieën wil je gebruiken?
Welke gereedschappen en bronnen kies je? Waarom?
Rekening houdend met de didactische eigenschappen
van die tools
Index
36. 5. Toon als management
daadwerkelijk leiderschap
Niet alleen woorden, maar ook daden
Voorbeeldgedrag
Visieontwikkeling
Koersvastheid
Ruimte en ondersteuning geven
Index
37. Fadel & Lemke, 2006 :
besteed vooral aandacht aan leiderschap,
professionalisering van docenten,
curriculumontwikkeling en didactiek
om ICT op een effectieve manier
in te bedden in het onderwijs.
Index
40. You never get a second change to make a
first impression
Index
41. You never get a second change to make a
first impression
Geldt ook voor
technologie
Index
42. 7. Houd rekening met de houding van
medewerkers, en speel daar op in
1: “It’ll never work. Forget it“
2: “Let’s wait until all the bugs
are worked out.”
3: “Let’s go slow and avoid any
trouble.”
4: “Proceed logically and
smoothly.”
5: “We’re fallling behind. Go,
Foto: Megan Choo go, go!”
Uit: William Horton (2001), “Leading e- 6: “Do everything by e-learning
learning”, Alexandria: ASTD
now!”
Index
43. Focus je bij de implementatie niet
op de Iejoors en laat de Teigetjes
niet een te dominante rol spelen!
Index
44. 8. Houd rekening met zone naaste
ontwikkeling van Het ideaal
medewerkers
Interventies
Techno
Didactisch
logisch
Techno
Didactisch
logisch
Index
46. Informatie overbelasting
Applicatie overbelasting
Interactie overbelasting
Bron: http://www.flickr.com/photos/steveweaver/1817508272/ Index
47. 9. Ontwikkel strategie
hanteerbaar maken
weerstanden
Bron: http://
www.fontys.nl/
lerarenopleiding/sittard/
nattech/bel/default.htm
Index
48. Soorten weerstanden
De verandering is niet in het belang van de
medewerkers (status, positie, plezier in het werk,
autonomie, kwaliteit werk, werkdruk, teacher bandwith
problem (D. Wiley), enzovoorts)
Onduidelijkheid (gevolgen voor de functie, verkeerde of
andere verwachtingen, doelen)
Naar: H. Nathans, 1994
Index
49. Soorten weerstanden (2)
Medewerkers weten het beter (ICT roept meer
problemen op, lost niks op, enzovoorts)
Angst niet aan de nieuwe eisen te kunnen voldoen
(vertrouwen in eigen kunnen, ICT-vaardigheden, ruimte
om zich voor te bereiden)
Index
50. Soorten weerstanden (3)
Docenten voelen zich niet serieus genomen (zij zijn
immers specialist op het gebied van leren)
ICT-ers voelen zich niet serieus genomen (zij hebben
verstand van security etc)
Medewerkers zien de zin er niet van in (het gaat toch
goed….)
Index
51. 10. Ontwikkel communicatie- en
professionaliseringsaanpak (implementatiefase,
maar ook incorporatiefase)
Foto: http://www.flickr.com/photos/21499556@N04/2701802631/
Index
52. Tips
Heb respect voor elkaars professie
Communiceer over je professie
Wederzijds verwachtingen helder maken
Wees reëel (prioriteiten, keuzes)
Erken tegengestelde belangen
Vermijd deskundigheidsmacht
Creëer experimenteeromgeving
Uitbesteden?
Index
53. 11. Rekening houden met
‘politiek’
In de gaten hebben dat er dubbele agenda’s zijn.
Rekening houden met politieke spelletjes die binnen
een organisatie aanwezig zijn.
Sleutelfiguren met ev. dubbele agenda’s bij project
betrekking.
Trap mensen niet op hun tenen. Daar krijg je last van.
Index
54. 12. Tel je zegeningen
Benadruk wat goed is gegaan. Vier je successen
En heb een lange adem
Index
55. 13. Zorg voor intrinsieke
motivatie
Beroep je niet op externe prikkels
Wek geen valse verwachtingen
Maak duidelijk wat de toegevoegde waarde is. En wees
reëel. Spaart het tijd? Voor wie?
Goede coaching, bereikbare coach
Autonomie, sociale verbondenheid, competent voelen
Index
56. 14. Houd rekening met de
context
Wat in geval X heeft
gewerkt, hoef nog niet
te werken in geval Y
Veel is bekend, toch
gaat steeds veel fout
Dynamiek,
afhankelijkheden
Index
57. E-learning is like a box of
chocolates. You never know
what you're gonna get. (vrij naar
Forrest Gump)
Foto: Ulterior Epicure
Index
58. Wat heb je geleerd, wat je
voor vandaag nog niet wist?
Foto:
womenwithout
borders
Editor's Notes
Goals: In the heart of the model: goals in terms of the results of student learning.
Learning activities To achieve these goals students need to be active. They have to do these activities to achieve the goals. Examples of activities are reading and relating to own experiences.
Learning environment: Instruction (or teaching) can be regarded as creating an environment that will stimulate students to be active in such a way that the goals can be actually achieved: the learning environment. In our defenition the learning environment is not only the fysical environment in which learning takes place. But also consists of the teachers, fellow-students, learning materials, assignments, tests and tools or instruments (such as a portfolio) .
To be able to realize a learning environment, several conditions have to be fullfilled
Management The educationals managers have to provide the vision, an educational concept, means and have to motivate the people involved.
An adequate infrastructure has to be available, both technical en fysical.
People (teachers, help-desk, students themselves, middle management etc) have to be able to do what is nessecary and have to be willing to do so.
In the literature on educational change espessially the teachers’motivation is regarded as a key factor for the succes for the succes of educational change. Conditions for teacher motivation are that the teachers regard the educational change operation as a solution for their problem, time avialibility and reward (what in it for me). Professionalisation is part of this condition.
The arrows in this model illustrate the interaction between the factors.
Een blauwe strategie gaat uit van een beheersmatige aanpak. Vooraf duidelijke resulatten formuleren, planmatig via een blauwdruk implementeren. Eerst denken, dan doen, Via een rationeel proces naar een beste oplossing.
Bij een rode strategie werk je aan een positief, warm, klimaat waarbinnen medewerkers worden gestimuleerd om te veranderen.Bijvoorbeeld via beloningen. HRM is erg belangrijk.
Bij geel is veranderen een kwestie van invloed en macht. Er worden coalities gevormd en via onderhandelingen en top down maatregelen worden veranderingen tot stand gebracht.
Bij een witte veranderingsstrategie ga hje er vanuit dat mesnen veranderen as je hen ruimte geeft om hun ideeén en plannen te verwezenlijken. Spontaniteit is belangrijk. Via een dynamisch vrij onvoorspelbaar proces evolueert een oplossing.
Bij een groene strategie breng je mensen in leersituaties, waar ze van en aan elkaar leren. Samen zoeken naar een oplossing.
Goals: In the heart of the model: goals in terms of the results of student learning.
Learning activities To achieve these goals students need to be active. They have to do these activities to achieve the goals. Examples of activities are reading and relating to own experiences.
Learning environment: Instruction (or teaching) can be regarded as creating an environment that will stimulate students to be active in such a way that the goals can be actually achieved: the learning environment. In our defenition the learning environment is not only the fysical environment in which learning takes place. But also consists of the teachers, fellow-students, learning materials, assignments, tests and tools or instruments (such as a portfolio) .
To be able to realize a learning environment, several conditions have to be fullfilled
Management The educationals managers have to provide the vision, an educational concept, means and have to motivate the people involved.
An adequate infrastructure has to be available, both technical en fysical.
People (teachers, help-desk, students themselves, middle management etc) have to be able to do what is nessecary and have to be willing to do so.
In the literature on educational change espessially the teachers’motivation is regarded as a key factor for the succes for the succes of educational change. Conditions for teacher motivation are that the teachers regard the educational change operation as a solution for their problem, time avialibility and reward (what in it for me). Professionalisation is part of this condition.
The arrows in this model illustrate the interaction between the factors.
Goals: In the heart of the model: goals in terms of the results of student learning.
Learning activities To achieve these goals students need to be active. They have to do these activities to achieve the goals. Examples of activities are reading and relating to own experiences.
Learning environment: Instruction (or teaching) can be regarded as creating an environment that will stimulate students to be active in such a way that the goals can be actually achieved: the learning environment. In our defenition the learning environment is not only the fysical environment in which learning takes place. But also consists of the teachers, fellow-students, learning materials, assignments, tests and tools or instruments (such as a portfolio) .
To be able to realize a learning environment, several conditions have to be fullfilled
Management The educationals managers have to provide the vision, an educational concept, means and have to motivate the people involved.
An adequate infrastructure has to be available, both technical en fysical.
People (teachers, help-desk, students themselves, middle management etc) have to be able to do what is nessecary and have to be willing to do so.
In the literature on educational change espessially the teachers’motivation is regarded as a key factor for the succes for the succes of educational change. Conditions for teacher motivation are that the teachers regard the educational change operation as a solution for their problem, time avialibility and reward (what in it for me). Professionalisation is part of this condition.
The arrows in this model illustrate the interaction between the factors.
One of the implications is that teachers not only know the content of learning and the pedagogy associated with that content: so effective instructional strategies. They also need to know the pedagogical possibilities and limitations of the technology that they can use and are using.
Some time ago I read about for aspects that are essesntial for the implementtaion of change in an organisation. These aspects were also mentioned in the Dutch workshops, allthough we did not rank them in this way.
Docenten en opleiders kunnen verschillende houdingen hebben ten aanzien van e-learning. De één is positief, de ander een stuk sceptischer. In “Leading e-learning” onderscheidt William Horton zes type reacties ten aanzien van e-learning. Volgens mij zie je deze reacties ook terug bij opleiders en docenten, als het gaat om de toepassing van ICT voor het leren. Ik wil deze reacties labellen aan de hand van enkele karakters uit mijn favoriete strip Winny the Pooh, van A.A. Milne. Het voordeel van deze typologie is dat het een gemeenschappelijke taal biedt. De Engelstalige uitdrukkingen zijn van Horton.
IejoorIejoor de ezel is de scepticus. Hij is door schade en schande “wijs” geworden. “It’ll never work. Forget it“, roept hij. We hebben het allemaal al eens geprobeerd en gezien. Het kan alleen maar slechter gaan. Voor dat je het weet ben ik mijn staart weer kwijt en zijn ze mijn verjaardag vergeten.
KnorretjeHet zeer voorzichtige, wat bange, varkentje Knorretje heeft een behoorlijke aversie tegen techniek en kan niet tegen onzekerheden zoals huffels en woezels. “Let’s wait until all the bugs are worked out”, stottert Knorretje. Je kunt hem vergelijken met de consument die vele jaren een computer wil kopen, maar dat nog niet gedaan heeft omdat op korte termijn een nieuw model op de markt komt dat nóg gebruikersvriendelijker is.
Winny the PoohDe oude beer met het klein beetje verstand (ook al lijkt dat alleen maar zo) is al tevreden met een flinke portie honing. Voor hem hoeft het allemaal niet zo hard te gaan. “Let’s go slow and avoid any trouble”, zo luidt zijn motto. Pooh stapt niet in zeven sloten tegelijkertijd. Net als Knorretje houdt hij niet van huffels en woezels. Maar voor een pot honing wil hij wel eens wat harder lopen.
UilDe wijze, bedachtzame, uil heeft een duidelijk doel voor ogen van wat hij wil met e-learning en hoe hij dit wil bereiken. “Proceed logically and smoothly”, spreekt Uil tot de andere bewoners van het Honderdbunderbos. Hij laat zich leiden door de ratio en gaat planmatig en voorspelbaar aan de slag met ICT in zijn leersituaties. Dit leidt niet tot grote veranderingen en ook niet tot grote fouten.
KonijnKonijn is bang om achterop te raken als het gaat om de toepassing van e-learning. “We’re fallling behind. Go, go, go!”, aldus Konijn. Hij is groot voorstander van de inzet van ICT in leersituaties en geeft het hoge prioriteit. De bestaande situatie maakt Konijn onrustig. Konijn wil meer en anders en voelt zich wel eens een roepende in de woestijn.
TeigetjeHet aardige van Teigetjes is dat Teigetjes aardig zijn! Maar Teigetje is ook wel eens over-enthousiast, zeker als het gaat om ICT en leren. “Do everything by e-learning now!”, schreeuwt hij door het Honderdbunderbos. Daarbij stuitert hij de andere dieren vaker omver. Deze worden daar wel eens moe van. Teigetje ziet alleen maar voordelen van e-learning. Teigetjes gebruiken termen als paradigmashift en transformatie van het onderwijs met ICT. Hij verliest daardoor wel eens het gevoel met de werkelijkheid.
Ik durf de stelling aan dat -als je e-learning in wilt voeren- je Knorretjes, Pooh's, Uilen en Konijnen nodig hebt. Teigetjes moet je een duidelijke afgebakende klus geven, die ze zelfstandig kunnen uitvoeren. Iejoors moet je vooral dat laten doen waar ze goed in zijn, zoals een nieuw huis zoeken voor Uil. Je hebt een groot probleem als sleutelfiguren vooral Iejoor zijn.Knorretjes moeten af en toe de "zwarte hoed" van De Bono opzetten. Dat is erg belangrijk op gezette tijden. Konijnen zijn belangrijk bij het bepalen van ambities en ook om te sturen op ambities. In een pilotfase kun je het beste een Uil als projectleider hebben, maar bij een bredere implementatie kan dat best een Konijn zijn.